Cees en Rosalie Helder: Het is nu tijd voor Rosalie en mij om te genieten van de vruchten van ons bestaan…

Wanneer je een echte culinaire lekkerbek bent en graag over restaurants, chefs, sommeliers en alles met betrekking tot de horeca schrijft, dan is het niet meer dan logisch om bij het begin te beginnen.
En voor mij ligt dat begin onder andere in Hendrik Ido Ambacht, de thuisbasis van Cees en Rosalie Helder.
Als eerste driesterren chef van Nederland mag Cees zich tot één van de iconen uit de Nederlandse gastronomie beschouwen.
Een enorme prestatie die de gemiddelde chef misschien zelfs een tikkeltje arrogant kan maken, maar niks is minder waar voor Cees en Rosalie Helder.
De warmte en toegankelijkheid die dit duo uitstraalt is zacht gezegd hartverwarmend.
Tijd voor een leuk gesprek!

 

Hoi Cees en Rosalie, zouden jullie me wat over jullie jeugd kunnen vertellen?

Cees: “Ik ben een echte boerenjongen! Ik groeide op in Starnmeer, een klein dorpje vlakbij de Beemster. Mijn ouders hadden een veehoudersbedrijf en als jonge jongen hielp je een beetje mee op de boerderij, al vond je me het liefst bij mijn moeder in de keuken. Ik hielp graag mee met koken. In mijn vrije tijd vond ik het heerlijk om te vissen en te varen. We hadden een klein roeibootje waarmee we dagelijks het water moesten oversteken om naar school te gaan. In mijn vrije uurtjes spande ik een klein zeil op het bootje en probeerde ik te zeilen. Dat zeilen leek natuurlijk nergens op, maar ik beleefde er veel plezier aan. Op mijn dertiende zijn we tijdens een speciale gelegenheid met het hele gezin uit eten gegaan naar een ‘echt’ restaurant, namelijk restaurant Koekenbier in Alkmaar. Dat was voor mij een indrukwekkende ervaring en er ging een wereld voor me open! Ik mocht een kijkje nemen in de keuken en was gelijk gebiologeerd door de aanwezige chefs. De drukte en de hectiek, het fascineerde me. Dat wou ik ook! Ik vroeg of ik af en toe mocht meehelpen in de keuken en vanaf dat moment vond je me in mijn vrije uurtjes in restaurant Koekenbier…”

En waar kom jij vandaan Rosalie?

Rosalie: “Ik ben geboren en getogen in Venray. Met drie zussen en twee broers vormde we een groot en hecht gezin. Ik kijk dan ook met warme gevoelens terug op mijn jeugd. Mijn ouders hadden geen raakvlakken met de horeca en ook het eten thuis was vrij standaard, al was het wel compleet. Iedere dag kregen we een soepje vooraf, aardappelen, groenten, vlees en een nagerechtje. Ik genoot van het dagelijkse moment waarbij we met zijn allen aan tafel zaten. Omdat het best veel monden waren die gevoed moesten worden, was er weinig geld over voor hobby’s. Al op jonge leeftijd gingen we naast schooltijden aan de slag. Wie iets extra’s wilde hebben, moest het zelf verdienen. Mijn eerste bijbaantje was in de horeca en dat beviel me erg goed. Vervolgens ben ik dan ook de hotelschool gaan doen…”

 

Lees verder onder de foto:

 

Cees, zou je me wat kunnen vertellen over de periode voorafgaande aan Parkheuvel?

Cees: “Zoals ik vertelde, vanaf jonge leeftijd vond je me in mijn vrije uurtjes bij restaurant Koekenbier. Mijn horecavlam was aangewakkerd! Ik ging vervolgens op de LTS een brood- en banketbakker opleiding volgen. Dat beviel goed. Na het afronden van de ULO die daarop volgde, zocht ik op mijn 19de mijn eerste echte baantje in de horeca. Ik werd tot mijn grote plezier aangenomen in de bediening bij hotel L’Europe. Puur toeval hoor, ik had toen nog geen idee wat voor status zo’n hotel en bijbehorend restaurant hadden. Ik heb daar denk ik een jaar gewerkt, toen werd het tijd voor wat anders. Ik wou eigenlijk met een groep vrienden naar Parijs, maar daar hadden we niet genoeg geld voor. Dat betekende dat ik nog iets harder moest werken en ik ging bij een pannenkoekenhuis aan de slag. Terwijl ik in het pannenkoekenhuis werkte, keek ik verlekkerd naar het naastgelegen kasteel De Hooge Vuursche. Dát was de plek waar ik wou werken. Schijnbaar kon ik erg overtuigend zijn, want twee weken later mocht ik daar werken. Ik liet de pannenkoeken voor wat ze waren en het echte koken kon beginnen…”

 

Cees bleek al gauw talent te hebben! Na zijn periode bij De Hooge Vuursche kwam hij (via een aantal tussenstops) bij restaurant Villa Rozenrust terecht, waar hij al op zijn 27ste zijn eerste michelinster kookte. Een ware mijlpaal! Zijn tweede ster behaalde hij vier jaar later bij restaurant Le Chevalier in Delft. En daar bleef het niet bij. Een jaar lang heeft hij in driedelig grijs bij Kasteel Kerckebosch als directeur gewerkt, tot het moment kwam dat de eigenaar van de Bilderberg groep hem vroeg om restaurant De Beukenhof naar drie sterren te koken. Een uitdaging die Cees aannam, maar vanwege het te krappe budget en teveel achterstallig onderhoud niet kon waarmaken. Hoewel hij het maken van prachtige gerechten goed in de vingers had en veel succes boekte, droomde hij ondertussen van een eigen zaak. Een plek waar hij als eindverantwoordelijke alle beslissingen kon nemen en welke hij helemaal naar eigen smaak kon inrichten. Een plek voor zichzelf. Die droom wist hij niet veel later te verwezenlijken. En dat deed hij niet alleen…

 

Lees verder na de foto’s…

Villa Rozenrust (Foto WIKI)

 

Restaurant Le Chevalier (Foto WIKI)

Cees: “Mijn ontmoeting met Rosalie gaat ver terug. Ik was op dat moment directeur van restaurant De Beukenhof. Ik wilde overal wat van proeven, niet alleen van het koksvak, maar ook de zakelijke kant van een restaurant. En daar hoorde ook het aannemen van personeel bij. Diverse secretaresses en gastvrouwen kwamen en gingen, tot ik van iemand de tip kreeg over ene Rosalie die op dat moment nog in Londen werkte. Er werd een afspraak met haar gemaakt en niet veel later kwam ze, samen met een vriendin voor support, solliciteren. We zaten met zijn drieën aan de tafel in de serre, ik kan me dat nog goed herinneren…”

“Oh echt?” lacht Rosalie, “ik kan me dat veel minder goed herinneren. Ik weet nog wel dat ik aangenomen werd en dat ik erg blij was met mijn nieuwe baan. Cees en ik hadden trouwens niet gelijk een bijzondere klik hoor. Het was geen liefde op het eerste gezicht. Ik vond het een prettige man in de omgang en was graag in zijn gezelschap, maar verder gingen mijn gedachten niet. Tot het moment kwam dat hij zei dat hij zou vertrekken. Ik schrok daarvan. Het idee dat hij opeens weg zou zijn maakte me verdrietig. In de periode dat hij Parkheuvel aan het opzetten was, spraken we regelmatig na het werk wat af om bij te kletsen. Onze band werd steeds sterker en niet veel later ben ik ook bij Parkheuvel gaan werken en kregen we een relatie. Vanaf dat werden we samen het gezicht van Parkheuvel…”

 

Lees verder onder de foto’s

Restaurant parkheuvel

 

Interieur Parkheuvel

 

Cees: “Met Parkheuvel wilde ik mijn grootste droom waarmaken; een eigen zaak op het allerhoogste niveau! Alles was erop gericht om drie sterren te halen. Of het ging lukken was natuurlijk een tweede, maar ik gaf het mijn alles. En niet alleen ik, Rosalie ook! Zes dagen per week werkte we van in de vroege tot in de late uurtjes. Het mocht niet gebeuren dat iemand kwam eten en wij er niet waren. Mensen vragen mij nog steeds weleens -Waar haalde je de inspiratie vandaan?- . Het zat grotendeels in mijn hoofd en daarbij, de weinige keren dat we vrij waren of vakantie hadden, bezochten we steevast andere twee- of driesterrenrestaurants. We zijn de hele wereld afgegaan en hebben de complete World top 50 restaurantlijst afgewerkt. We vonden het prachtig om te zien hoe andere het deden en raakte daar erg geïnspireerd van. Let wel, geïnspireerd, en dus niet kopiëren. Kijk wat een ander doet, proef wat een ander doet, en maak er dan iets eigens van. Ik vond het heerlijk om lekker creatief bezig te zijn in de keuken. Ik was echt een man van de warme keuken, voor de koude kant was ik blij dat ik een patissier had. Ik kon het wel hoor, ik had immers een brood- en banket opleiding gedaan, maar dat zijn de gemakken van een goede keukenbrigade. Delegeren en samenwerken! Met het behalen van de derde ster kwam mijn grote droom uit en de zaak was drukker dan ooit tevoren. Van over de hele wereld schoven mensen aan tafel. Maar liefst 20 jaar lang hebben Rosalie en ik met veel liefde Parkheuvel gerund, toen werd het voor mij tijd om te stoppen. Ik wilde stoppen op mijn hoogtepunt en nu het nog kon genieten van het leven. Ik verkocht de zaak aan Eric van Loo…”

 

Wat doen jullie tegenwoordig in jullie vrije tijd?

Rosalie: “In het begin was dat best moeilijk. Het klonk allemaal zo mooi, stoppen met werken, vrije tijd om leuke dingen te doen, vrienden en familie aandacht geven. Twintig jaar lang hadden we ons leven gegeven aan de zaak en nu zaten we ineens thuis. Voor Cees was dat wat makkelijker. Hij werd regelmatig uitgenodigd om ergens advies of workshops te geven, voor mij was dat heel anders. Na een aantal jaar vond ook ik weer mijn draai. Je moet je leven weer helemaal opnieuw indelen en wennen aan een nieuwe routine. Inmiddels kan ik oprecht zeggen dat ik gelukkig ben met mijn huidige bestaan, maar ik moest wel eerst door een zure appel heen bijten…”

“Ja, voor Rosalie was dat een stuk zwaarder. Ik kook op het moment trouwens niet vaak meer buitenshuis hoor. Thuis wel! Thuis ben ik nog altijd graag de chef, het blijft mijn grote passie, maar buitenshuis kook ik eigenlijk niet meer…”

“Behalve dan af en toe in het buitenland Cees,” vult Rosalie hem lachend aan, “bijvoorbeeld in Singapore of op de Malediven. En wat dacht je van die keer in Thailand bij Henk Savelberg? Daar hebben jullie ook samen staan te koken…”

“Oh ja, je hebt gelijk,” antwoordt Cees, “nou, sporadisch hou ik nog weleens buitenshuis een pannetje vast. Op het moment zijn we beiden meer actief met de Les Patron Cuisiniers bijvoorbeeld. Ik ben daar voorzitter en Rosalie zit in het secretariaat en daar zijn we druk mee. En verder houden we van zeilen. In de zomer vind je ons bijna altijd op het water! Had ik als kind een klein roeibootje tot mijn beschikking, tegenwoordig hebben we een mooi zeilschip en daar genieten we met volle teugen van. Verder zijn we gek op onze hond! We hebben nu weer een jonge labrador, Joy, omdat onze andere hond vorig jaar is overleden. -Kom eens hier Joy!– (op dat moment neemt Cees de jonge labrador op schoot). Onze andere hond heeft nog tot het allerlaatste moment op mijn schoot gezeten hoor! Gek gezicht natuurlijk, zo’n grote hond op schoot. Ik ben gek op honden. Echte knuffelberen zijn het! Je mag trouwens ook wel tuinieren als vrijetijds besteding opschrijven. We zijn allebei gek op tuinieren. Erg ontspannend is dat. De hond die lekker in de tuin loopt, wij een beetje onkruid wieden en stekjes planten, heerlijk vinden we dat…!”

 

Lees verder onder de foto’s…

 

 

Gaan jullie graag op reis?

“Jazeker!” antwoorden ze beiden tegelijk, “we komen net terug van vakantie. We zijn naar Argentinië en Antarctica geweest.  Dat was enorm indrukwekkend om mee te maken! Gletsjers, ijsbergen, pinguïns, noem maar op. En weet je wat vooral veel indruk maakte? Die enorme stilte. Ik kan het niet omschrijven, dat moet je echt zelf ervaren. Je voelt je opeens zo klein wanneer je daar bent. Dit jaar zouden we graag naar Nieuw Zeeland willen, al denk ik dat we daar nog even een jaar mee wachten tot Joy wat groter is. Zuid-Frankrijk daarentegen ligt zeker in de lijn der bedoelingen. Daar huren we graag een huisje. Dat is voor de hond ook ideaal…”

 

Voor welk gerecht kan ik jullie s’nachts wakker maken?

“Vis en kreeft,” antwoordt Cees, “mits perfect bereid! En ik kan je nu al zeggen dat je Rosalie voor een goed stuk rood vlees mag wakker maken…”

“Met een glas rode wijn ernaast,” vult Rosalie lachend aan.

 

Wat voor muziek klinkt hier in huis?

“Rosalie luistert graag naar Radio 2,” antwoordt Cees, “maar zodra ik thuiskom zet ik dat eraf. Ik kan zo slecht tegen dat gepraat tussendoor. Ik zet dan een cd met moderne jazz op…”

 

Cees, heb je nog een boodschap voor de jonge garde?

“Ja, ga zoveel mogelijk uit eten om inspiratie op te doen, maar kopieer nooit! Het is goed om te kijken hoe een ander het doet, gebruik het als inspiratie voor je gerechten, maar zorg altijd dat je je eigen handtekening onder een gerecht kan zetten…”

 

Waar dromen jullie nog van?

“Ik ben gisteren 70 geworden!” antwoordt Cees, “de tijd vliegt. Ik vind het belangrijk dat je stopt met werken terwijl het nog goed met je gaat en niet dat je stopt omdat het moet. Ook dingen als Les Patron Cuisinier. Het is leuk om te doen, maar uiteindelijk zal ik ook daarmee stoppen. Het is nu tijd voor Rosalie en mij om te genieten van de vruchten van ons bestaan. Daar hebben we hard voor gewerkt…”