Restaurant De Rozario* in Helmond, dit verhaal moet verteld worden…!

Corina van Manen fotografie, video, social media content creator

In heel Nederland vind je culinaire pareltjes, de één nog lekkerder en mooier als de ander!
In Helmond vind je ook zo’n culinaire parel.
Ik heb het over restaurant De Rozario, gerund en eigendom van gelijknamige Jermain de Rozario.
Boy oh boy, dacht ik alles al geproefd te hebben, kom ik hier!
Schijnbaar ben ik niet de enige die onder de indruk is, want het restaurant is dit jaar door Michelin bekroond met een ster.
-Spannend, verrassend en werelds. Gerechten die je wakker schudden.staat op hun eigen website geschreven.
Genoeg reden voor Johan en mij om even aan tafel te schuiven voor de lunch.
Whats cooking in this kitchen? Is het echt zo hot als wordt gezegd? En wie is die Jermain?

 

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories

 

Gewapend met mijn camera lopen we door de straten van Helmond tot we bij het restaurant aankomen.
Het eerste wat me opvalt zijn de leuke winkeltjes in Helmond, maar daar gaat dit verhaal natuurlijk niet over. Gelukkig zijn ze dicht vandaag!
Zodra we het restaurant binnenkomen worden we hartelijk begroet door Jermain zelf.
“Leuk dat jullie er zijn!” zegt hij vrolijk, “we hebben hier een mooi tafeltje voor jullie gereserveerd. Ga lekker zitten…”
Blij nemen we plaats.
Het decor oogt hip en modern en wie even wat beter kijkt ziet talloze foto’s aan de wand van Jermain en zijn crew, al dan niet in actie.
Nog voor we een gesprek met elkaar kunnen beginnen, worden we eerst verblijd met een aantal amuses.
“Je proeft hier de smaken uit mijn jeugd,” vertelt Jermain, “het waaier-vormige design is een eerbetoon aan mijn grootmoeder. Ik hoop dat het jullie smaakt!”
Johan en ik kijken vol bewondering naar de goed gedekte tafel. Maître Alphons Kerstholt schenkt een bijpassend wijntje voor ons in en dan kunnen we beginnen.
“Wowww…” klinkt het tegenover me.
En inderdaad!! Wat een smaakexplosies! Van op smaak gebrachte paksoi en pasteitjes tot nasi in een heel ander jasje, kroepoek met een verrukkelijke dipsaus en een variant op bakkeljauw. Erg lekker!!

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories

 

Goed begin dus! En het wordt alleen maar beter kan ik je zeggen…
Laos, citroengras, koriander, kokos, het zijn stuk voor stuk ingrediënten die standaard in de keuken van restaurant De Rozario te vinden zijn.
Jermain de Rozario is een natuurtalent in de keuken, die aanvankelijk nooit de intentie heeft gehad om nadrukkelijk met deze smaken te werken.
“Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan hè,” zegt hij lachend wanneer hij ons de volgende gang brengt, “deze smaken stromen door mijn aderen en ik ben er achtergekomen dat ik het waanzinnig gaaf vind om de herinneringen uit mijn jeugd op deze manier naar de gasten te vertalen!”
En dat laatste blijkt nog niet zo vanzelfsprekend te zijn als je denkt.
Het woord ‘straatschoffie’ heeft jarenlang op hem betrekking gehad en hoewel hij altijd zorgde dat hij een baantje had en ook een dak boven zijn hoofd, gingen zijn zuurverdiende centjes rechtstreeks de partydrugs en alcohol in. Het leven was één groot feest, al voelde dat vaak helemaal niet zo.
“Mijn overgang van puber naar jongvolwassene was zacht gezegd ontnuchterend te noemen,” vertelt Jermain, “ik trok al op vijftienjarige leeftijd het ouderlijk huis uit omdat ik hunkerde naar vrijheid. Ik dacht dat die vrijheid in Amsterdam lag en vond Helmond te beknoppend. Ik ben echt jarenlang zoekende geweest naar wie ik nu eigenlijk was, tot een voormalige vriendin van mij een schop onder m’n kont gaf en me met de horecawereld liet kennismaken. Integendeel tot wat je zou denken ben ik toen de bediening ingegaan. Maar liefst vijf jaar heb ik aan de voorzijde van het restaurant gewerkt, iets wat ik enorm leuk vond om te doen en waar ik veel van geleerd heb! Ik hou van gastvrijheid uitdragen, dus het lag me goed…”

Gelukkig voor ons, de gast, heeft hij na die vijf jaar de voorkant ingeruild voor de achterkant en heeft hij zijn kooktalenten ontwikkeld. Dat blijkt duidelijk een goede zet te zijn geweest!
Wij vervolgen ondertussen onze middag en na nog een heerlijk gerecht boordevol Aziatische smaken laat hij ons kennismaken met kreeft.
“Dit gerecht met kreeft zegt veel over wie ik ben als chef, dus ik wil het jullie graag laten proeven!” zegt Jermain.
Nou zeg ik je eerlijk, ik vind de kreeft vaak een beetje flauw in verschillende restaurants. Niet overal hoor, maar het is over het algemeen niet mijn meest favoriete dish. Ik vind het lekker, maar ik ben er niet lyrisch van…

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

O-M-G…..
Het is dat ik in een restaurant ben, maar ik heb echt zin om een traan te laten. Tranen van geluk!!
Wat is dit lekkeeeeeeer!!!! Lyrische bellen klinken in mijn hoofd.
“Heb je die saus geproefd??!” vraag ik aan Johan.
“Niet normaal joh!!” antwoordt hij terwijl hij zijn vingers aflikt.
“Dit is belachelijk gewoon, ik heb nog nooit zulke lekkere kreeft geproefd!” zwijmel ik verder.

“En? Hoe vonden jullie de kreeft?” komt Jermain vragen wanneer we klaar zijn.
Een stortvloed aan complimenten wordt over hem heen gegooid.
Of hij weleens ergens anders kreeft eet om te snappen hoe uitzonderlijk deze kreeft was? En hoe heeft hij deze goddelijke smaken gecreëerd en samengesteld? Geeft hij überhaupt weleens recepten weg? Zo ja, we hebben pen en papier bij ons.
Met rode koontjes vertrekt hij niet veel later weer richting de keuken. Zoveel complimenten kan hij niet tegen en wordt hij verlegen van zegt hij.
Okay.
Overigens ben ik er in de tussentijd ook nog achter gekomen dat zijn allergrootste trots zijn gezin is, zijn favoriete album allertijden Californication van de Red Hot Chilli Peppers, dat hij droomt van een culinaire reis naar Azië waar zijn ouders inmiddels alweer acht jaar wonen en dat er één gerecht ALTIJD op de kaart staat en daar ga ik het nu even over hebben…

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie
Links souschef Fabio Catalini en rechts Jermain de Rozario

 

Terwijl we heerlijk aan ons wijntje nippen wordt het volgende gerecht gebracht.
Omdat ik vooral bezig ben met het maken van een foto, luister ik niet naar wat Jermain vertelt over de ingrediënten van het gerecht.
Geheel onbevangen ga ik met mijn lepel naar de bodem van het gerecht en neem ik een hap.
OP DAT MOMENT HOOR IK ALLEEN NOG EEN ABSOLUTE STILTE OM ME HEEN.
“Johan…” fluister ik schor, “dit is magnifiek!!! Alsof het vlees draadje voor draadje is geplukt, door de jus is geroerd en weer is samengebracht. Zo hoog op smaak!!”
“Ja dit is rendang,” antwoordt hij, duidelijk genietend van wat hem is aangeboden.
“Rendang??”
“Ja, dat zegt ie toch net! Dit is rendang op zijn manier…,” en hij eet lekker verder.
Ik ben op slag weer terug in de werkelijkheid. Rendang op zijn manier. Ik ga hier niet eerder weg voor ik het recept heb.
En dat recept heb ik gekregen!
Na nachtenlang het vlees op lage temperatuur in de oven te hebben laten staan, het inkoken van liters kokosmelk voorzien van bijzondere kruiden krijg ik misschien iets wat in de buurt van deze rendang komt.
Dat gaat hem dus niet worden, ik hou van zekerheid. Ik zie eerder een goede reden om nog eens terug te komen. Wat zullen onze vrienden blij zijn als we ze hiermee verassen denk ik bij mezelf…
Ons avontuur gaat verder en we krijgen nog een heerlijk stukje bavet en een pinacolada dessert. Beide om je vingers bij op te eten, aflikken is namelijk allang geen optie meer hier.
Voordat we weggaan vraag ik Jermain en zijn souschef Fabio om nog even mee naar buiten te gaan voor een mooi plaatje waarop je hun passie voor koken kunt zien. Een power plaatje. Niet praten, maar laten zien, daar houden we van!
Nou, dan moet je net hun hebben…

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie
RENDANG….lieve mensen.

 

Vroeger in mijn jeugd was uit eten gaan bepaald geen vanzelfsprekendheid. Ik denk dat ik het maar twee keer heb meegemaakt. Beide keren maakte diepe indruk op me. De eerste keer werd het dessert voor mijn neus geflambeerd (ik was een jaar of zes en compleet gebiologeerd) en de tweede keer was een lopend buffet waarbij ik nog nooit zoveel eten op een rij had gezien waar je ook nog eens eindeloos van mocht pakken.
Tegenwoordig is dat heel anders. In onze wereld van overvloed, niet perse positief, hoort uit eten gaan erbij. Het is bijna normaal.
Toch kan ik in alle eerlijkheid zeggen dat De Rozario voor mij de definitie van Uit Eten Gaan is.
De smaaksensaties die ik hier heb geproefd kunnen ik of mijn partner thuis echt niet evenaren. Dit zijn de smaken waarvoor je uit eten gaat. Dit kan er maar één en dat is in dit geval dus Jermain de Rozario…

 

De Rozario, Jermain de Rozario, Food Love Stories fotografie

 

Jermain leerde het vak pas op latere leeftijd kennen. Op z’n 21ste begint hij als gastheer en wordt verliefd op het vak. De eerste serieuze stappen zet hij op 25 jarige leeftijd in de keuken. Van restaurants De Raymaert en ’t Parlement belandt hij in 2- sterrenzaak de Lindehof in Nuenen. Zijn talent wordt ontdekt door Soenil Bahadoer en zonder diploma’s schopt hij het tot chef de partie. In 2014 wordt hij Variatiechef van het Jaar. Jermain kookt vanuit zijn gevoel en net zoals het leven kan dat elke dag anders zijn…(Bron www.derozario.nl )

 

Restaurant De Rozario
Steenweg 8, 5707 CG Helmond
Tel 0492 535 206

Paul Fagel: Ik zou ooit nog wel eens naar Japan willen gaan!

Paul Fagel, de meeste mensen kennen hem wel.
Zelfs de gemiddelde Nederlander met weinig culinaire kennis kan zich het door Paul Fagel en Cas Spijkers gepresenteerde kookprogramma ‘Koken met Sterren’ nog herinneren.
Toch is dit slechts één van de vele dingen die Paul op zijn cv kan zetten.
Vandaag heb ik een leuk interview bij Paul en zijn vrouw Shirley thuis.
Het huis bevind zich in een voormalige snackbar aan de kronkelende Vecht in Vreeland, welke is omgebouwd tot een nostalgisch woonhuis met grote charme, niet in de laatste plaats dankzij de inwoners zelf!
Voorzien van een lekkere kop thee met een koekje erbij beginnen we ons gesprek…

Hoi Paul! Leuk hier te zijn, kun je me wat vertellen over hoe je bent opgegroeid en hoe jouw culinaire vlam is ontstaan?

“Dag Corina! Dat kan ik zeker. Ik ben opgegroeid in een groot horecagezin. We hadden zeer liefhebbende ouders, al waren ze erg druk. Mijn vader runde twee restaurants en een hotel en mijn moeder was all-round medewerkster, waarbij ze naast onder andere het maken en wassen van de gordijnen, servetten en lakens, ook voor het huishouden moest zorgen. En dat was bepaald geen klein huishouden. Ik had maar liefst 8 broers en 1 zus, dus het was altijd een drukte van jewelste. Als kind kregen we verplicht pianoles, al was ik de enige die daar veel plezier aan beleefde. Ik was helemaal bezeten van muziek in die tijd! Vooral jazz deed iets met me. Een vriend introduceerde mij met de klarinet en ook daar werd ik goed in, al moest ik dat tot mijn grote verdriet vanwege mijn werk steeds vaker aan de kant schuiven. Music was my mistress! Nog steeds! Mijn andere mistress in die tijd was koken. Het horecavak was mij met de paplepel ingegoten en ik beleefde daar veel plezier aan. In eerste instantie was ik bij mijn vader in de leer. Ik haalde daar mijn SVH papieren. Later heb ik nog een periode bij mijn broers gewerkt, die net als mij allemaal het culinaire pad zijn opgegaan. Uiteindelijk koos ik het ruime sop en ben ik op jonge leeftijd naar Frankrijk gegaan, waar ik de laatste periode bij driesterrenrestaurant Les Baux en Provence heb gewerkt. Een indrukwekkende tijd waarin ik veel heb geleerd…”

De carrière van Paul nam een vogelvlucht in 1974, toen hij restaurant Duurstede oprichtte, vernoemd naar het gelijknamige kleine stadje Wijk bij Duurstede waar het restaurant was gevestigd.
Het restaurant was erg vooruitstrevend voor zijn tijd en behaalde binnen twee jaar een michelinster. Een bijzondere prestatie!
“Kleine porties, bijzondere ingrediënten, chefs aan tafel, strak tafellinnen, de gastronomie was echt in opkomst in die tijd,” vertelt Paul, “en het werd een regelrechte hit! Van heinde en verre kwamen ze naar Duurstede toe. In die tijd had je nog niet veel sterrenrestaurants, dus het was echt bijzonder. Ik was gek op mijn medewerkers in het restaurant en we vormden samen een hecht team. Alle neuzen stonden dezelfde kant op en iedereen ging fluitend naar het werk. Maar liefst twintig jaar heb ik daar met heel mijn hart mogen staan koken, maar toen was de koek op. Het leven werd duurder in velerlei opzichten en mijn restaurant, 38 couverts groot/klein, groeide niet mee. Ik ging helaas failliet. Met pijn in mijn hart moest ik het hoofdstuk sluiten, om vervolgens toch weer een nieuw indrukwekkend hoofdstuk te mogen beginnen ergens anders…”

 

Lees verder onder de foto:

Nog altijd een van Paul’s grote liefdes; de piano…

 

“Ik werd benaderd door Jan des Bouvrie. We kenden elkaar al langer via mijn broer Gerard en hij vertelde dat hij het Arsenaal had gekocht, een voormalige kazerne in Naarden. Het monumentale pand bood naast de showroom en woonwinkel van Jan, ruimte voor meerdere ondernemers, waaronder ruimte voor een restaurant. Of ik daar misschien iets voor voelde? Ik moest toen wel even achter mijn oren krabben. Het was precies in de eindfase van Duurstede en ik voelde er na mijn faillissement niet meteen iets voor om ergens anders verder te gaan. Toch wist hij me over te halen. Gelukkig maar. Het Arsenaal was opnieuw een mooi tijdperk, al is het me daar nooit gelukt een ster te behalen. Toen het eenmaal goed begon te lopen en ook financieel winstgevend werd kon ik het loslaten. De ster was niet meer belangrijk, genietende gasten en een gezond bedrijf daarentegen wel! Het is leuk al die eer, maar uiteindelijk kan je daar geen brood van betalen…”

 

Welke momenten koester je echt uit die tijd?

“Zo, dat is nog een moeilijke vraag. Zoveel momenten! Wat dacht je van het ‘uit koken gaan’? Tegenwoordig is het erg populair om als gastchef op een andere locatie te koken, maar in mijn tijd hadden we dat ook al. Zo heb ik twee keer als gastchef aan boord van een cruiseschip gewerkt. Machtig mooi vond ik dat! Daarnaast koester ik warme gevoelens aan mijn eerste tv-programma met mijn broer Ton en zus Maryette: Tip Culinair TV. Erg gaaf om mee te maken! En natuurlijk het programma Koken met Sterren, waarvan ik de eerste afleveringen samen met Cas Spijkers heb gedaan. Dat voelde echt als één groot avontuur. De kooksessies waren altijd weer ergens anders. Dan stonden we tot aan onze knieën in de modder bij een boer in een weiland of in de regen bij de boswachter in het bos. Je kon het zo gek niet bedenken. Bij tijden soms zelfs erg spannend! Ik kan me nog goed herinneren dat we al kokend de vuurvonken afkomstig van het nabij gelegen kampvuur moesten ontwijken. Mijn broekspijp vatte zelfs nog even kort vlam!”

 

Naast al deze activiteiten kookte Paul ook veel als vrijwilliger tijdens galadiners om geld in te zamelen voor het goede doel zoals KWF, de Nierstichting of het Ronald Mac Donald huis. Zo is hij voor zijn vele vrijwilligerswerk zelfs tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau benoemd!
Daarnaast is hij ook mede-oprichter van restaurantvereniging Les Patrons Cuisiniers en was hij voorzitter van het Koksgilde. Ook heeft hij veel voor het culinaire onderwijs betekend. Het overdragen van kennis en passie vind Paul altijd erg belangrijk.

 

Lees verder onder de foto:

 

Na al dat koken heb je vast wel een lievelingsgerecht waar men je nog steeds voor mag wakker maken…?

“Haha, nou.., wakker maken liever niet, maar ik ben gek op stoofvlees! Shirley maakt vaak lange werkdagen en ik zorg dan dat er een lekker stoofpotje klaar staat wanneer ze thuis komt. Of een heerlijk stukje kabeljauw met een goede beurre blanc. Overigens is het maken van een goede beurre blanc bepaald geen sinecure. Voor een goede beurre blanc heeft men een gezond portie geduld nodig met oog op het inkoken en de juiste verhouding sjalotjes/roomboter/wijn. Of Vermouth, of kokoscreme, maar net waar je zin in hebt natuurlijk. Zolang je het maar goed inkookt. Wel 98% van de vloeistof moet verdampen en dan hou je een smakelijk resultaat over…”

Wat is voor jou als chef een grote ‘nee’ in de keuken?

“Een heleboel dingen, maar ik denk dan toch eigenlijk meteen aan slordig werken. Ik hou er niet van als men onhygiënisch werkt. Verder hou ik niet van kleineren in de keuken. Dat hoeven ze bij mij ook maar 1 keer te doen en dan is het exit. Je laat elkaar in je waarde en hebt respect voor elkaar, alleen dan kan je een gezond klimaat creëren waarin iedereen graag naar het werk komt en tot het uiterste wilt gaan…”

Welk ingrediënt vind wel of juist niet in jouw keuken?

“Absoluut wel: een goede olijfolie, echte boter en kalfsfond. Die laatste maak ik altijd zelf. De kalfsfond die ik overhoud verdeel ik over kleine bakjes en zet ik in de vriezer voor een volgende keer.
Absoluut niet: gestoofde paling. Dat vind ik echt zo vies. De paling is veel te vet en over de smaak valt ook te twisten…”

Je ziet tegenwoordig bijna geen bladerdeeg meer op je bord in een restaurant. Stel ik geef jou een pakje bladerdeeg, wat zou je daar dan van maken?

“Hà, bladerdeeg! Waarschijnlijk zou ik het zo weer teruggeven, want de gemiddelde bladerdeeg bestaat tegenwoordig nog maar voor 10% uit roomboter, de rest is gewoon troep! Maar, stel je zou de bladerdeeg bij een echte patissier halen die de bladerdeeg nog met liefde heeft gemaakt, dan zou ik een Beef Wellington of een lekker vispakketje ervan maken…”

 

Laatste stukje tekst onder de foto:

 

Stel je zou een culinaire reis mogen maken, waar zou je dan nog eens naartoe willen?

“Nou, laat me even vooropstellen dat ik wat mij betreft ben uitgereisd. Daarnaast heb ik enorme hoogtevrees en durf ik bepaalde gebieden echt niet meer in te gaan. Hoe ouder ik wordt, hoe groter die angst. Toch zou ik ooit nog wel eens naar Japan willen gaan. Daar ben ik nog nooit geweest en hoor je zoveel over! Verder staat Peru bovenaan mijn lijst. Shirley en ik zijn daar vier jaar geleden naartoe geweest en dat was zo bijzonder om mee te maken! We zijn daar binnen 48 uur tijd 3 keer in hetzelfde restaurant geweest, zo goed was dat. Ze hebben in Peru wel twaalfhonderd verschillende soorten aardappelrassen en kunnen daar hele bijzondere dingen mee maken. Ze gebruiken daarvoor veel kruiden uit het Amazonegebied. Erg lekker! Verder denk ik dat je voor een culinair getinte reis niet eens ver hoeft te reizen. Frankrijk, Spanje en Italië hebben wat mij betreft toch de beste keukens!”

Welke boodschap zou je aan de jongere garde willen meegeven?

“Houd het simpel en maak het jezelf niet te ingewikkeld. Ik zie af en toe amuses voorbij komen waar je u tegen zegt. Heel spectaculair om te zien, maar absoluut niet rendabel. Wel heel gaaf om mee te maken, dat geef ik eerlijk toe…”

Ben je tegenwoordig nog actief in de culinaire wereld?

“Zolang ik loop en adem ben ik actief in de culinaire wereld. Zo ben ik tegenwoordig productontwikkelaar bij TEDS. Dat is heel leuk om te doen. Denk bijvoorbeeld aan het ontwikkelen van kant en klaar maaltijden zonder conserveringsmiddelen. Maar ook vegetarische maaltijden voor de Jumbo. Verder doe ik vrijwilligerswerk bij stichting Papageno. Papageno geeft hulp aan kinderen en jongeren met autisme. Regelmatig geef ik kookles aan die jongeren en ik haal daar enorm veel voldoening uit…”

Je bent dus erg druk! Heb je nog wel tijd voor een beetje ontspanning?

“Haha, ja hoor! Kijk om je heen. Shirley en ik wonen hier prachtig aan het water waar we in de zomer heerlijk kunnen vertoeven. Daarnaast hebben we een klein bootje hier liggen waar we in de zomer veel mee varen. Ik heb in mijn leven veel landen gezien en reizen gemaakt, dat hoeft voor mij niet meer. Ik vind het hier heerlijk waar ik woon, meer heb ik niet nodig. En als Shirley graag de bergen wilt zien, mag ze met haar vriendinnen gaan. Ik waag me daar niet meer aan. Je zal er maar vanaf vallen. Veel te hoog haha. Verder genieten we als we de kans krijgen van een etentje met vrienden of een leuk concert, meer heeft een mens toch niet nodig…”

 

Syrische vluchteling Vahe Amroian: Ik mocht de versnelde koksopleiding volgen en was urenlang bezig met studeren…

Vandaag een bijzonder interview met chef de partie Vahe Amroian.
Vahe is een Syrische vluchteling en woont inmiddels drie jaar in Nederland.
Hij is een getalenteerde kok gebleken, welke ik in sterrenrestaurant Het Koetshuis* in Bennekom aantrof.
Het gemak waarmee hij Nederlands sprak verbaasde me enorm. Is deze jongen echt pas drie jaar in Nederland??
Lees hier het verhaal hoe Vahe zijn weg naar Nederland vond en een land vol chaos en onrust achter zich liet…

Hoi Vahe, leuk om je te leren kennen. Kun je mij wat vertellen over jouw jeugd in Syrië en het pad wat jou hier naartoe heeft gebracht?

“Hoi Corina! Mijn jeugd in Syrië was heel gewoon en waarschijnlijk net als vele andere kinderen. Als kind maakte ik me geen zorgen en speelde graag met mijn vrienden op straat. In Syrië is op straat spelen heel normaal. In Nederland ook wel, maar anders. Het liefst gingen we voetballen of met een hele groep lekker fietsen door de omgeving. Op school had ik veel vrienden. Ik droomde ervan om scheikunde- of natuurkundeleraar te worden. Mijn enige link met eten in die tijd was het eten wat mijn moeder maakte. Er is niemand die zo lekker kan koken als haar! Tijdens verjaardagen of andere feestdagen kwam de hele familie bij elkaar. Iedereen nam eten mee en er stond dan altijd een lange tafel vol met heerlijk eten. De mensen waren in die tijd gelukkig met hun bestaan in Syrië en religie speelde geen rol. Hoe anders zou dat later worden…”

Wat was voor jou het moment dat je weg wou gaan uit Syrië?

“De oorlog was net uitgebroken en we zagen en hoorden vreselijke dingen die de mensen werden aangedaan. In Syrië hebben we een regel dat wanneer er meer dan één man in het huishouden is, de oudste mag blijven (vaak is dat de vader) en de andere mannen het leger in moeten om te vechten. Dienstplicht dus. Mijn ouders raakten volledig in paniek en mijn broer en ik ook. Door met een geweer richting het leger van ISIS te gaan teken je eigenlijk je doodsvonnis. Aangezien we Christelijk zijn was blijven ook geen optie. Mochten we in handen van de ISIS vallen, zouden we worden gedwongen te bekeren en zouden ze alsnog afschuwelijke dingen met ons doen. Zodoende besloten we te vluchten…”

Hoe ging dat?

“We hadden al heel snel beslist dat we weg moesten en konden gelukkig ons huis verkopen. Met dat geld gingen we op pad, alleen hadden we nog geen idee waarheen. We vertrokken via Libanon naar Turkije. In Turkije kwamen we in contact met smokkelaars en we betaalden hun om ons met een klein bootje naar Griekenland te brengen. Met zes man aan boord en de smokkelaar aan het roer gingen we in de nacht op weg naar Griekenland. Plotseling werden er een hoop schijnwerpers op ons gericht en door een microfoon gesproken. Het was de Turkse marine die ons wouden oppakken, maar hun handen waren gebonden. We waren precies 50 meter over de grens op open water. Het enige wat ze konden doen was ons nakijken. Niet veel later kwamen we in Griekenland aan. Het was nog steeds pikkedonker. De smokkelaar riep ons toe welke kant we op moesten gaan en verdween weer in de nacht. Een beetje verdwaasd keken we om ons heen en toen zijn we gaan lopen, op zoek naar een politiebureau. Dat was ons vertelt, daar zouden onze papieren in orde worden gemaakt en zouden we veilig zijn…”

 

Lees verder onder de foto:

Vahe Amroian, Het Koetshuis Bennekom, Food love stories

 

Vahe Amroian, Het Koetshuis Bennekom, Food love stories

 

“Na een poos lopen vonden we het politiebureau. Onze papieren werden in orde gemaakt en we kregen een ultimatum voor ons vertrek. De tien maanden die daarop volgde zijn de zwartste periode uit mijn leven geweest. We hadden geen geld, geen schone kleding en geen dak boven ons hoofd. Dankzij de plaatselijke Katholieke kerk hadden we een slaapplaats, maar het was echt afzien. Keer op keer probeerden we weg te komen op zoek naar een beter bestaan, maar de grenzen waren hermetisch afgesloten. Onze moeder werd als eerste uit Griekenland  weggesmokkeld. Niet veel later kregen we van haar een bericht dat ze goed was aangekomen in Nederland. Dat werd op dat moment dus gelijk de plek van onze eindbestemming. Het had net zo makkelijk ergens anders kunnen zijn…”

En kon je toen makkelijk een vlucht naar Nederland boeken om je familie te herenigen?

“Nou nee, niet bepaald. Was dat maar zo. Onze tocht naar Nederland was erg spannend en dat bedoel ik niet op een leuke manier. Met bussen, treinen en te voet gingen we richting Nederland. Onderweg waren veel rovers die met geweld het laatste beetje wat je had van je af wilde pakken. De angst was dus groot. Bij de grens van Hongarije aangekomen stuitte we op een kilometers lang scheermesdraad. Dat was erg heftig. Met honden en wapens jaagde de politie van Hongarije ons op en werden we als koeien in overvolle treinen geduwd, afgevoerd en gedumpt. Maar na negen maanden bereikten we Nederland en werden we met onze moeder herenigd. In Ter Apel begon onze procedure. Na vele interviews kreeg ik een verblijfsstatus en kon ik beginnen met inburgeren. Daar snakte ik echt naar! Ik wilde de taal leren en een nieuw leven opbouwen. Mijn broer ook. Ik beet me vast in de Nederlandse taal en kreeg de tip om vrijwilligerswerk te doen, zo zou ik de taal sneller eigen worden. Ik begon dan ook als keukenhulp in een grote keuken onder leiding van Allon Cheng. Ik ben hem nog altijd dankbaar daarvoor! Hij heeft me zo ontzettend veel geleerd en heeft altijd zoveel vertrouwen in me gehad!”

Wat was dat voor keuken? En hoe vond je dat als toekomstige scheikundeleraar in wording?

“Haha, scheikundeleraar, ja, die droom liep even anders. Ik kwam erachter dat ik het geweldig vond om met mooie producten en smaken te werken. Ik had er enorm veel plezier in! Allon zag mijn passie en wou me verder helpen. Hij regelde werk voor me bij restaurant De Steenen Tafel in Arnhem. De gerechten die daar voorbij kwamen waren van een heel ander niveau en ik vond het geweldig om daaraan te mogen meewerken! Niet lang daarna kwam ik in contact met Gastvrij Talent in Arnhem. Via hun kon ik mijn koksdiploma behalen en heb ik niveau 2 afgerond. Ik mocht de versnelde opleiding volgen en dat was erg intensief. Ik was uren bezig met studeren. Het duurde natuurlijk dubbel zo lang omdat ik soms de woorden uit de boeken niet goed begreep, maar het lukte me uiteindelijk wel! Ondertussen droomde ik ervan om in een Michelinrestaurant te werken. Het liefst een Frans georiënteerde keuken. In de wandelgangen viel regelmatig de naam ‘Het Koetshuis in Bennekom’. Jeff Loekers, één van mijn grote leraren in die tijd en iemand die veel voor mij betekend heeft, heeft Het Koetshuis gebeld. Tot mijn grote vreugde mocht ik een dagje meedraaien. Die dag had ik gelijk een goede klik met de chef, Niels van Dooijeweert, en niet veel later kreeg ik te horen dat ik was aangenomen. Mijn geluk kon niet op…!”

 

Lees verder onder de foto’s

Vahe Amroian, Het Koetshuis Bennekom, Food love stories

 

Vahe Amroian, Het Koetshuis Bennekom, Food love stories

 

Vahe Amroian, Het Koetshuis Bennekom, Food love stories

 

Uiteindelijk dus lekker aan het werk bij Het Koetshuis in Bennekom. Goed bezig! Waar droom je nu nog van?

“Ik vind dat een moeilijke vraag. Als je ziet wat ik hier in Nederland heb bereikt, dan zou je denken dat dromen uit kunnen komen, maar dit was nooit mijn droom om mee te beginnen. Dat klinkt bijna ondankbaar, maar zo bedoel ik het niet. Ik heb gelukkig mijn ouders en mijn broer nog, we brengen veel tijd door samen en zijn dankbaar dat we elkaar nog hebben, maar verder ben ik iedereen die mij lief is kwijtgeraakt en kan ik nooit meer terugkeren naar mijn thuisland. Dat moet ik allemaal nog een plekje zien te geven.  Ik vind mijn baan als kok geweldig, dus in dat opzicht zou ik misschien ooit nog wel een eigen restaurant willen runnen, maar voor nu durf ik nog niet te ver vooruit te kijken. Dat deed ik in Syrië wel en kijk hoe dat plotseling veranderde. Ik kijk liever naar het nu. Ik heb een hele leuke baan, aardige collega’s en ik spreek de Nederlandse taal. Overigens, je zou mijn broer eens moeten horen praten. Hij kan goed Nederlands! Daar gaan zelfs mijn oren van klapperen. Dat zijn de dingen waar ik heel dankbaar voor ben…”

Eric Frericks, oprichter Facebookgroep Chefkoks/Koks/Gastheren/Gastvrouwen/Patissiers

De Facebookgroep Chefkoks/Koks/Gastheren/Gastvrouwen/Patissiers kent maar liefst ruim 33.000 leden. Vanuit heel Nederland sluiten mensen, werkzaam in de horeca, zich bij deze groep aan om ideeën uit te wisselen, kennis op te doen en nog veel meer.
Oprichter Eric Frericks vertelt naast zijn eigen passie voor koken, graag hoe de groep is ontstaan en waarom het zo belangrijk is…

“Ik ontdekte mijn passie voor koken op het praktijkonderwijs in Boxtel tijdens het wekelijkse kook-uurtje,” vertelt Eric Frericks, “ik vond het leukste uurtje les van de week en wist al gauw dat ik van koken mijn toekomst wilde maken. Mijn mentor en leerkrachten zagen dit absoluut niet zitten. Ik zou niet stressbestendig genoeg zijn en het vak was te hoog gegrepen voor mij, maar ik hoorde al niet meer wat ze zeiden. Het horecavirus was voor mij ontstaan en dit was wat ik wou. Mijn eerste horeca-ervaring deed ik vervolgens op bij het bosrestaurant De Belvertshoeve in Oisterwijk. Maar liefst drie jaar heb ik daar met veel plezier gewerkt, toen werd het tijd voor iets anders. Ik kwam terecht bij een schattig klein Frans restaurantje wat werd gerund door een enthousiast echtpaar. Ik mocht daar als leerling kok aan de slag en heb daar ontzettend veel geleerd, iets waar ik ze nog steeds erg dankbaar voor ben! Inmiddels had ik mijn mentor en leerkrachten allang bewezen dat ze ernaast zaten. Ik heb ernstige leerproblemen en een vorm van autisme. Een keuken met een goede sfeer en duidelijke structuur past daarom heel goed bij mij..!”

 

Eric Frericks aan het werk bij Prins Heerlijk … (foto toegezonden door Eric zelf)

 

Iemand die dit ook zag was Ella Buijze, oprichtster en directeur Prins Heerlijk in Tilburg. Jongeren tussen 16 en 27 jaar met leerproblemen kunnen bij Prins Heerlijk al werkend een vak leren in de horeca, detailhandel of zorg. Het doel is dat ze volwaardig kunnen deelnemen aan de maatschappij en trots zijn op zichzelf en hun werk…

“Mevrouw Ella Buijze zocht een goede werkplek voor haar pleegzoon,” vertelt Eric, “omdat die er niet was heeft ze Prins Heerlijk in 2008 opgericht. Dat begon allemaal met lunchroom Prins Heerlijk in Tilburg. Onder haar leiding haalde ik mijn horecamedewerker diploma niveau 1 en koksdiploma niveau 1. Niveau 2 was moeilijker. De praktijk ging wel goed, maar ik had teveel moeite met de theorie om mijn diploma te halen. Ik behaalde wel mijn certificaat! Dat kan bij Prins Heerlijk! Ondertussen ging het goed met de lunchroom Prins Heerlijk en er kwam een tweede horecaonderneming bij: Brasserie Villa De Vier Jaargetijden. De plek waar ik nu werk!”

 

Villa De Vier Jaargetijden. Foto afkomstig van www.rijksmonumenten.nl

 

“Net als veel anderen vind ik het leuk om op social media inspiratie op te doen,” vertelt Eric, “een aantal jaar geleden kwam ik in contact met Johan van Groeninge, Patron Cuisinier van michelinrestaurant Avant-Garde in Eindhoven. Een ontzettend aardige man! Doordat we op Facebook bevriend waren met elkaar, kreeg ik ontzettend veel vriendschapsverzoeken van andere chefs in Nederland. In die tijd had je een horecaplatform op Facebook waar veel vrienden bij aangesloten waren, maar dat platform werd overspoeld door reclame. Ik vond dat erg irritant omdat je zodoende geen leuke dingen meer voorbij zag komen zoals de verschillende posts van collega’s. Op een dag zat ik een beetje te spelen met de Facebook-app en ontdekte ik de mogelijkheid zelf een platform op te richten. Een eigen platform zonder de mogelijkheid van adverteren en met een boodschap recht uit het hart! Voor elkaar en door elkaar! Omdat ik graag zoveel mogelijk mensen in de horeca wou aanspreken gaf ik het de naam Chefkoks/Koks/Gastheren/Gastvrouwen/Patissiers. Nog diezelfde dag kwamen de aanmeldingen binnen. Eerst een stuk of tien, toen nog eens een stuk of tien en al gauw werden het er honderden!”

 

Dat was in 2013. Inmiddels staat de teller op 33.000! Het platform is een uitlaatklep geworden voor vele horecamedewerkers en kan met tijd en wijlen een dagtaak op zich zijn!

“Inderdaad! Dat was in het begin best overweldigend,” aldus Eric, “mijn grote steun in die tijd was horeca communicatie adviseur Astrid Schreuders. Hoe vaak ik haar wel niet gebeld heb voor advies en raad. Dankzij haar kreeg het platform al snel een goed bereik en vele volgers. Zij was in die tijd beslist één van de drijvende krachten achter het platform. Het werden zo ontzettend veel volgers met allemaal vragen, wensen en opmerkingen, dat ik na een half jaar de tip kreeg om er iemand bij te betrekken. Dat werd chefkok John Spruit. Ik bewonderde hem al lang vanwege zijn prachtige gerechten en krachtige uitstraling, dat ik me vereerd voelde dat hij ook een rol wou spelen voor het platform. Zijn aanwezigheid zorgde wederom voor veel nieuwe volgers, nu weer van een heel ander kaliber. Inmiddels zijn alle lagen vertegenwoordigd op het platform, van patatboer tot sterrenchef. En we zijn er allemaal voor elkaar! Om kennis uit te delen en inspiratie op te doen…”

 

Het horecaplatform was dit jaar voor het eerst vertegenwoordigd op de beurs BBB in Maastricht. Links Eric Frericks, midden Brigitte Smit, rechts Yvonne van Zadelhoff

 

Inmiddels is het platform voorzien van een uitgebreid team medewerkers, die allemaal meekijken of het er goed aan toe gaat op het platform.

“Ja, dat betekent dus dat mensen elkaar met respect moeten behandelen. Wanneer iemand trots een foto plaatst van zijn of haar gerecht, mag daar best kritiek op gegeven worden, maar het moet altijd opbouwend zijn en niet gemeen. Het is een platform met een boodschap uit het hart. Kennis uitwisselen, inspiratie opdoen of gewoon interesse tonen in elkaars werk, dát is waar het om draait!  Een mooie ontwikkeling is dat we dit jaar voor het eerst face-to-face onze volgers op Facebook de handen konden schudden tijdens onze allereerste deelname aan de beurs BBB en we hopen dat er nog velen mogen volgen. Voor wat betreft de toekomst hoop ik dat we met het platform nog vele mensen mogen blijven bereiken om kennis mee te delen. Ik ben er megatrots op dat ik dit heb mogen opzetten en had van tevoren niet durven hopen dat het zo’n impact zou hebben. Ik denk dat het woordje dankbaar de lading niet dekt voor wat ik voel…”

 

 

Erik Kuiper- van den Berg: Ik vind het een eer dat ik hier mijn vingerafdruk op mag zetten!

Chateau Marquette, Niels Kuiper-van den Berg

Kastelen, landgoederen en koetshuizen spreken menigeen tot de verbeelding!
Deze monumentale panden en erfgoederen zijn de ware schatten der samenleving en het is iets waar we zuinig op moeten zijn.
In Heemskerk heb je zo’n schat van een kasteel met de naam Chateau Marquette.
Voor exploitant Erik Kuiper- van den Berg is het een stoute jongensdroom die is uitgekomen: het runnen van een hotel/restaurant op een bijzondere locatie!
Echt nieuw was het runnen van een hotel niet voor hem. Hij heeft zijn sporen al verdiend met het Relaxed-Slapen concept in Haarlem.
Een restaurant daarentegen was weer een geheel nieuwe uitdaging.
Eén die hij graag aanging!

 

Chateau Marquette, Niels Kuiper-van den Berg

 

Chateau Marquette, Niels Kuiper-van den Berg

 

Chateau Marquette, Niels Kuiper-van den Berg

 

“Ik kom van oorsprong uit Zaandam en woon nu in Haarlem. Ik ben dus eigenlijk een echte Zaandammer. Opgroeien in Zaandam was prima, al gebeurde er niet echt veel. Het was gewoon een gemoedelijk dorp waar het leven niet anders was dan in andere steden of dorpen. Inmiddels is Zaandam echt een hippe stad geworden. Het industriële gaat er een beetje af en er komen vele leuke restaurants bij. Al met al een goede plek om te vertoeven. Als kind was ik best wel op mezelf. Ik kon mezelf prima vermaken en had niet veel vrienden nodig. Ik las graag een goed boek, dat vond ik heerlijk. In tegenstelling tot wat je misschien zou denken, las ik geen historische romans of kostuumdrama’s. Gaf me liever een goede detective of juridische thriller en je hoorde me niet. Ik had op dat moment nog niks met cultureel erfgoed. Pas op latere leeftijd werd ik echt sociaal vaardig en begon ik goed om me heen te kijken. Ik denk zo rond mijn twintigste. Dat was het moment dat ik de wijde wereld instapte en die wereld bracht mij naar Haarlem. De plek waar ik mijn eerste stappen in de hospitality branche maakte…”

 

Lees verder onder de foto’s

Chateau Marquette, Erik Kuiper-van den Berg

 

Chateau Marquette, Erik Kuiper-van den Berg

 

Chateau Marquette, Niels Kuiper-van den Berg

 

Chateau Marquette, Niels Kuiper-van den Berg

 

Chateau Marquette, Erik Kuiper-van den Berg

 

“Ik ben bijna letterlijk dit vak ingerold. Mijn eerste jaren werkte ik in de evenementen- en opleidingswereld en ik had het goed naar mijn zin. Op mijn 24ste was ik een zelfstandig ondernemer. Ik ontmoette in die tijd de liefde van mijn leven met wie ik ging samenwonen. We kochten een prachtig oud pand in het centrum van Haarlem, waar we zowel konden wonen als werken. De bovenverdieping hadden we tot woonhuis voor onszelf verbouwd, inclusief prachtig dakterras, en de benedenverdieping hadden we tot ruime appartementen verbouwd, met oog op eventuele verkoop in de toekomst, waarbij een gezin het gehele huis zou kunnen betrekken. Op dat moment ontstond het idee om de ruimtes op de benedenverdieping te verhuren. Het stond anders toch maar leeg. Een soort Bed&Breakfast. Mijn kantoor was aan huis en ik dacht ‘dat doe ik wel even tussen de bedrijven door’. Even bedden opmaken, koelkastjes vullen, schoonmaken, nieuwe boekingen bijhouden, inchecken/uitchecken… Maar het was allemaal veel arbeidsintensiever dan ik dacht! En ook leuker dan ik dacht! Ik vond er een nieuwe uitdaging in en zei zodoende mijn bestaande job op. De B&B Relaxed-slapen.nl ontwikkelde zich razendsnel. Er kwam een mogelijkheid het naastgelegen pand erbij te kopen en zo kon de B&B overgaan in een hotel. Het hotel was voorzien van luxe kamers en bood de mogelijkheid tot vergaderen. Ik merkte dat er behoefte was aan grotere vergaderruimtes en ben toen een samenwerking aangegaan met een andere partij. Dat liep goed! Inmiddels komt daar een einde aan, omdat ik die groep naar Heemskerk wil verplaatsen. Chateau Marquette is een uitstekende vergaderlocatie. Daarnaast kan men hier ook hun huwelijk, jubileum of andere events vieren. Wat dat betreft is dit de kroon op mijn werk!”

 

Lees verder onder de foto’s

Chateau Marquette, Erik Kuiper-van den Berg

 

 

Chateau Marquette, Erik Kuiper-van den Berg

 

Chateau Marquette, Erik Kuiper-van den Berg

 

Chateau Marquette, Erik Kuiper-van den Berg

 

“Het Relaxed-Slapen concept in Haarlem blijft bestaan, maar de komende tijd zul je me vooral hier op het landgoed vinden. Chateau Marquette zal nog vele veranderingen ondergaan de komende tijd. De hotelkamers zullen worden gerenoveerd en krijgen een luxe uitstraling. Het restaurant krijgt ook een upgrade. Zowel de gerechten als het interieur. Ik vind het een eer dat ik hier mijn vingerafdruk op mag zetten! Destijds waren er vele gegadigden die het landgoed wilden exploiteren, maar het kwam er telkens op neer dat de deuren dan voor het publiek dicht zouden gaan. Zonde! Chateau Marquette is een stukje geschiedenis van Heemskerk waar de bewoners trots op zijn en waar ze van moeten kunnen blijven genieten. Ik zal er samen met mijn team alles aan doen om dat in de toekomst nóg mooier te maken…”

 

Hotel/restaurant Chateau Marquette
Marquettelaan 34
1968 JT Heemskerk 0251 257 025      www.chateau-marquette.com

Pascal Jalhay: Ik heb altijd heel bewust naar mijn eigen hartslag geluisterd…

Zijn naam is de afgelopen tijd veelvuldig in het nieuws geweest:
Na 12 jaar stilte stond chefkok Pascal Jalhay weer op de vloer achter het fornuis!
De vloer van restaurant Bougainville welteverstaan.
Samen met Executive chef Tim Golsteijn en sommelier Lendl Mijnhijmer had Pascal in restaurant Bougainville een nieuwe uitdaging gevonden, alleen liep het niet zoals gepland.
Don’t worry, dit wordt geen depressief verhaal over dromen die in duigen vallen, welnee, dit wordt een verhaal over passie en ambities! Je dromen achterna gaan en een mooi samenspel met anderen aangaan! En zoals we allemaal weten krijg je in het leven nergens garanties op. Maar je mag altijd proberen. Nee, je moet altijd proberen wil je met recht kunnen zeggen dat je je hart hebt gevolgd! En dat is precies wat Pascal heeft gedaan…

 

Hoi Pascal, waar heb je eigenlijk zo lekker leren koken?

“Hoi Corina, ik ben eigenlijk begonnen met afwassen in een eetcafé en heb daarna in een pannenkoekenhuis leren koken. Of eigenlijk heb ik daar vooral heel hard leren werken, want echt koken zoals ik dat op latere leeftijd ben gaan doen, was er toen nog niet bij. Het klinkt misschien gek, maar ik wist op mijn vijfde al dat ik kok wilde worden. Mijn ouders vonden dat maar een vreemde keuze. Ik ben half-Indisch en ik kom uit een familie waarbij iedereen kiest voor een beroep met status. Dat kan een baan als korporaal bij het leger zijn, maar ook een politieagent of advocaat. Zolang het maar aanzien heeft. Een ‘kokkie’ komt uit de lagere klasse van de bevolking en is geen eervol beroep. Mijn ouders hebben dat nooit zo tegen me gezegd, maar mijn opa en oma maakte regelmatig toespelingen zo van: -Zou je dat nu wel doen jongen?- Maar ik had mijn keuze allang gemaakt! Tot overmaat van ramp koos ik ook nog eens voor de Franse keuken, want daar lag voor mij de basis van alles, dus mijn familie had totaal geen voldoening van mijn beroep. Tijdens verjaardagen en feestdagen was ik altijd aan het werk en wanneer ik er dan wel was, kookte ik vreemde dingen. Nee, ze begrepen het niet echt, maar hoopte dat de wijsheid met de jaren vanzelf kwam…”

 

En kwam die wijsheid?

“Haha, goede vraag. Wat mij betreft wel natuurlijk! Ik kan me nog goed herinneren hoe mijn pad zich ontwikkelde en hoe ik mijn eerste serieuze leerplek kreeg. Ik had als Limburgse jongen gesolliciteerd bij Het Kurhaus in Scheveningen. Zenuwachtig arriveerde ik voor mijn sollicitatie bij de dienstdoende chef, Jan Hekkelman. Een strenge chef, compleet met hoge muts en al! Al na twee zinnen zei hij dat ik was aangenomen. Ik keek hem verbaasd aan. Hoe is het mogelijk! Zo snel! Hij zei dat wanneer ik helemaal vanuit Limburg kwam solliciteren voor een leerplek in Scheveningen, ik een leergierige kandidaat moest zijn en dat ik zodoende gelijk was aangenomen. Ik sprong een gat in de lucht. Zestien was ik. Mijn ouders vonden me nog veel te jong om alleen op kamers te wonen, maar ik was niet tegen te houden. Ik wilde alleen maar topgastronomie doen en voelde me gelijk op mijn plek bij Het Kurhaus. Iedere dag voelde ik me weer een bevoorrecht mens wanneer ik naar mijn werk ging en iedere dag liep ik een droom binnen! Het zilveren tafelbestek, het tafellinnen, de entourage, ik had elke dag weer tranen in mijn ogen zo mooi vond ik het. Ik vertelde mijn ouders dat ik nooit meer iets anders wilde doen en ze legden zich er langzaam maar zeker bij neer, al begrepen ze nog steeds niet waarom ik zonder te klagen alle zon- en feestdagen in de keuken wou staan zwoegen…”

 

Pascal Jalhay, Food Love stories

 

Bleef je lang bij Het Kurhaus werken?

“Ik heb ruim een jaar bij het Het Kurhaus gewerkt en heb daar ontzettend veel geleerd. Ik ben chef Jan Hekkelman nog steeds dankbaar voor al zijn lessen. Na Het Kurhaus ben ik weer dicht bij mijn ouders gaan wonen en werd ik aangenomen bij Chateau Neercanne. Ook daar heb ik een prachtige tijd beleefd, maar ik miste het westen. Hoewel Den Haag vocabulaire gezien niet mijn ding was, er worden daar op dagelijkse basis talloze ziektes toegewenst, miste ik wel de eerlijkheid die daarbij gepaard ging. Ja was ja en nee was nee. Ook werden mensen op hun fouten gewezen. Of dat nu het dragen van verkeerde schoenen was of het toevoegen van teveel zout in het eten, je kreeg het te horen en kon er zodoende iets mee doen. Ik ging solliciteren in Amsterdam en werd bij het Krasnapolsky aangenomen. Na het Krasnapolsky volgde L’Europe. Maar liefst zes jaar heb ik daar gewerkt. Alles wat je maar in Amsterdam moet meemaken heb ik daar meegemaakt. Van het s’avonds stappen met de jongens tot de discipline in de keuken en van het confronteren tot het dienen. Als de chef tegen mij zei je gaat zestien uur boontjes dubbeldoppen, dan deed ik dat. Ik wist niet beter. Vervolgens heb ik in België bij restaurant Scholteshof een jaar gewerkt. Restaurant Scholteshof was toen helemaal je van het! Het was een niveau wat alle andere niveaus oversteeg! Er volgde een verschrikkelijk zwaar jaar met een hele autoritaire chef, maar ik vond het een eer om daar te mogen werken. Om 07.30 s’ochtends stonden we bij de kachel met een kop koffie op te warmen om daarna te gaan knallen! Van s’ochtends vroeg tot s’avonds laat doorwerken en geen tijd om te eten. Ik leerde daar merg eten vanwege de honger. Of de kleine stukjes vlees uit de bouillon te plukken. Je kreeg heus wel te eten, maar je gaf jezelf geen tijd daarvoor. De druk was enorm hoog, maar het was een waanzinnig mooie tijd! Na dat jaar was ik ook echt moe en enorm afgevallen. Ik heb toen eventjes helemaal niks gedaan. Een goede periode om na te denken…”

 

 

“Ik besloot aan een kookwedstrijd in Frankrijk mee te doen en leerde daar Mijnheer Kranenborg kennen. Ik kende hem toen nog niet, maar wist wel dat het een hele strenge en intimiderende chef was. Hij zat op dat moment in de jury en was onder de indruk van mijn kwaliteiten. Het was jammer dat ik inmiddels een chef de cuisine was, anders had hij me zeker in zijn eigen keuken aangenomen zei hij. Dat vond ik zo gaaf om te horen! De volgende dag stond ik al voor zijn deur en vroeg ik hem om werk. Dat betekende dat ik na al die jaar in salaris terug zou gaan en weer als chef de partie aan de slag moest, want iets anders had hij niet voor me. Geen probleem! Zo heb ik nog zes jaar voor Mijnheer Kranenborg gewerkt. Na zes jaar kwam hij in conflict met zijn werkgever en zijn wij als volledige keukenbrigade met hem vertrokken. Dat was het moment dat ik naar Vermeer ben gegaan. Ik werd dankzij Mijnheer Kranenborg daar geïntroduceerd. Een spannend tijdperk, want ik mocht me daar voor het eerst bewijzen als zelfstandige chef. Het restaurant had destijds 1 ster en ik voelde de druk op mijn schouders. Gelijk het eerste jaar viel de ster weg. Ik begreep er niks van! Ik wist toen nog niet hoe dat werkte en dacht dat het aan mij lag. Huilend belde ik eerst mijn ouders op. –Mam! Pap! Ik ben de ster kwijt!-  -Tsja, jongen, tsja, volgende keer meer geluk?– Ze snapten niet waar alle drukte om was. Daarna belde ik Mijnheer Kranenborg. Hij zei -Rustig Pascal, rustig, dit ging sowieso gebeuren. De huidige chef is weg en je krijgt die sterren niet cadeau. Laat ze zien dat ze ongelijk hebben!– Ik besloot ze het tegendeel te gaan bewijzen. Samen met het team hebben we alles op alles gezet om de ster terug te verdienen. En dat lukte! Een jaar later volgde de tweede ster, wat een unicim was in de Michelin geschiedenis! Het was immers nooit eerder voorgekomen dat een chef in 2 jaar tijd 2 michelin sterren haalde…”

 

Maar als je daar zo goed op je plek zat, waarom ben je daar dan weggegaan?

“Ja, leuke vraag! Op zich is daar al genoeg over geschreven, maar het komt er op neer dat mijn gezin uiteindelijk voorging. Ik werd in de tijd van Vermeer een echte hype. Het NH-concern stuurde me overal naartoe om lezingen en workshops te geven. Madrid, Londen, Kaapstad, je kon het zo gek niet bedenken. Op zich klinkt dat leuk, maar je moet weten dat ik niet voor dat vak geboren ben. Ik ben een chef, geen entertainer. Ik klom iedere keer weer met tegenzin het podium op en was ook nog eens dagenlang van huis. Mijn oudste zoon was destijds een jaar of vier. Op een dag kwam ik thuis van een trip naar het buitenland. Ik opende de voordeur en eventjes, het was maar een fractie van een seconde, keken we elkaar bijna als vreemden aan. Zijn haar was net geknipt en ik moest even schakelen. Op dat moment brak er iets vanbinnen. Ik heb dezelfde avond nog tegen mijn vrouw gezegd dat ik ging stoppen met werken. Ze keek me sceptisch aan. Een week later stond horeca Nederland op zijn kop. Ik stond op nummer twee van ‘Beste chefs van Nederland’ en in één keer stopte ik ermee. Waarom?? Maar voor mij was het zo klaar als een klontje. Ik had mijn hele leven lang, al vanaf mijn vijfde, heel bewust geluisterd naar mijn eigen hartslag, dan zou het toch gek zijn als ik dat nu niet deed? Dit was mijn keus, hier stond ik achter. Ik heb vervolgens een jaar lang een beetje gefreestyled om brood op de plank te krijgen en toen kwam mijn huidige baan op mijn pad…”

 

 

“Op een dag zag ik een advertentie in de krant staan van Marfo: Productontwikkelaar in de foodbranche gezocht. Bijzonder, dacht ik, ik ga hier gewoon eens op reageren en kijken wat het is. De werkuren zagen er aangenaam uit en het concept sprak me aan. Wat ik niet wist, was dat er inmiddels bij Marfo complete ontsteltenis heerste. Was dit dé Pascal Jalhay die had gereageerd? Of was dit toevallig iemand met dezelfde naam? Zodra ik de sollicitatieruimte binnenliep zat het complete bestuur me op te wachten. Ze hadden zich allemaal verzameld om te kijken wie er door de deur zou lopen. Acht verbaasde blikken keken blij mijn kant op. Dat voelde gelijk goed. De directeur vertelde over hoe het bedrijf de beste kwaliteit vliegtuigmaaltijden ter wereld produceerde. Kwaliteit voor en kwaliteit na. Het was een autoritaire man die duidelijk geen tegenspraak dulde. Op een bepaald moment zei hij -Drink je koffie even op, dan kun je de kwaliteit proeven…- waarop ik antwoorde dat ik het liever niet opdronk vanwege de slechte kwaliteit. De beste man had het immers de hele tijd over kwaliteit voor en na en dan kreeg je zulke koffie. Het werd compleet stil in de ruimte. De aanwezige bestuursleden keken gespannen de directeur zijn kant op, die op zijn beurt met ingehouden adem mijn kant opkeek. Toen verbrak hij de stilte en zei hij lachend –Hoe zou jij de koffie dan serveren?– waarna iedereen weer opgelucht verder ademde. Ik vertelde dat ik een espresso apparaat in de ruimte zou neerzetten en zodoende het ijs met mijn potentiële klanten zou breken tijdens het zetten van een kwalitatief goed bakje koffie. Twee weken later kreeg ik in diezelfde ruimte te horen dat ik was aangenomen. In de hoek stond inmiddels een espresso apparaat. Op dat moment wist ik dat ik een goede keuze had gemaakt…”

 

Een goede baan met heel veel zekerheid dus. Hoe ben je dan uiteindelijk bij Bougainville terecht gekomen?

“Hoewel ik blij was met mijn keuze, heb ik altijd hartzeer gehad omdat ik niet meer die warme deken van romantiek om me heen kon slaan. Vanaf jongs af aan was ik gefascineerd door de met bladgoud bekleedde restaurants en alles daaromheen. De geluiden, de dynamiek, de geuren… het voelde als een gemis. Niet dat ik er ooit spijt van heb gehad hoor, ik heb er namelijk zoveel meer voor teruggekregen, maar het gemis was daar. Als ik dan met mijn vrouw in een restaurant zat, zat ik over haar schouder mee te kijken naar wat er allemaal op de achtergrond gebeurde. In de periode dat hotel TwentySeven en Bougainville werd opgezet, ben ik door Eric Toren benaderd met de vraag of ik een rol wou spelen in het toekomstige restaurant. Ik raakte helemaal in betovering van het project. En als ik heel eerlijk moet zijn, alles wat destijds beloofd is, is helemaal waar gemaakt. De looks, de feeling, alles is daar! Het is gewoon on-Nederlands zo mooi! Ik werd voor twee dagen in de week aangenomen als zijnde de Signature-Chef, met Tim Golsteijn als de Executive-Chef. Op de vloer zorgde Lendl Mijnhijmer voor de mooiste wijnen. Samen vormde we een dreamteam! Alleen naarmate de tijd vorderde was ik steeds vaker op de vloer, omdat de gasten er vanuit gingen dat ik altijd aanwezig was. Daar vroegen ze ook om. Buiten het feit dat de extra dagen die ik draaide niet in het begrote budget zaten, was dit ook niet de koers die we op wilden gaan. Het was juist de bedoeling dat Tim samen met Lendle het gezicht van Bougainville zouden worden en dat ik meer een rol op de achtergrond zou spelen. En die jongens verdienen dat ook! Ze zijn enorm getalenteerd en zetten zich met hart en ziel in voor de zaak! We hebben destijds niet voor niets voor deze jongens gekozen. Zodoende heb ik in goed overleg besloten ermee te stoppen. Dat was echt een beslissing die we samen hebben genomen…”

 

Inmiddels draai je al aardig wat jaren mee als chef. En wat voor chef! Hoe vinden je ouders het nu?

“Mijn ouders?” lacht Pascal, “mijn ouders snappen het nog steeds niet echt. Destijds heb ik ooit eens een kookboek geschreven. Ter ere van de lancering was er een groot feest bij Vermeer. Je weet wel, er stond een podium in het restaurant, een dj, lekkere hapjes en bijzondere genodigden. Mijn ouders stonden in het hoekje van het restaurant een beetje verbaasd toe te kijken. Ze hadden echt zoiets van -Is dat allemaal voor onze zoon??- en zo gaat het nog altijd. Maar het mooie daarvan is, zodra ik op bezoek ga bij mijn ouders krijg ik nog steeds hetzelfde prakje als vroeger. Bloemkool met een papje of de lever in water gekookt. En ik eet het met liefde! Of ik het nu lekker vind of niet, het proeft naar pure nostalgie en dat maakt me blij. Daarnaast vind ik het heerlijk om thuis te koken, dus ik verwen ze graag als ik de kans krijg. Tegenwoordig kook ik vaak Indisch, dus ze kunnen nu eindelijk echt genieten van mijn werk…”

 

Cees en Rosalie Helder: Het is nu tijd voor Rosalie en mij om te genieten van de vruchten van ons bestaan…

Wanneer je een echte culinaire lekkerbek bent en graag over restaurants, chefs, sommeliers en alles met betrekking tot de horeca schrijft, dan is het niet meer dan logisch om bij het begin te beginnen.
En voor mij ligt dat begin onder andere in Hendrik Ido Ambacht, de thuisbasis van Cees en Rosalie Helder.
Als eerste driesterren chef van Nederland mag Cees zich tot één van de iconen uit de Nederlandse gastronomie beschouwen.
Een enorme prestatie die de gemiddelde chef misschien zelfs een tikkeltje arrogant kan maken, maar niks is minder waar voor Cees en Rosalie Helder.
De warmte en toegankelijkheid die dit duo uitstraalt is zacht gezegd hartverwarmend.
Tijd voor een leuk gesprek!

 

Hoi Cees en Rosalie, zouden jullie me wat over jullie jeugd kunnen vertellen?

Cees: “Ik ben een echte boerenjongen! Ik groeide op in Starnmeer, een klein dorpje vlakbij de Beemster. Mijn ouders hadden een veehoudersbedrijf en als jonge jongen hielp je een beetje mee op de boerderij, al vond je me het liefst bij mijn moeder in de keuken. Ik hielp graag mee met koken. In mijn vrije tijd vond ik het heerlijk om te vissen en te varen. We hadden een klein roeibootje waarmee we dagelijks het water moesten oversteken om naar school te gaan. In mijn vrije uurtjes spande ik een klein zeil op het bootje en probeerde ik te zeilen. Dat zeilen leek natuurlijk nergens op, maar ik beleefde er veel plezier aan. Op mijn dertiende zijn we tijdens een speciale gelegenheid met het hele gezin uit eten gegaan naar een ‘echt’ restaurant, namelijk restaurant Koekenbier in Alkmaar. Dat was voor mij een indrukwekkende ervaring en er ging een wereld voor me open! Ik mocht een kijkje nemen in de keuken en was gelijk gebiologeerd door de aanwezige chefs. De drukte en de hectiek, het fascineerde me. Dat wou ik ook! Ik vroeg of ik af en toe mocht meehelpen in de keuken en vanaf dat moment vond je me in mijn vrije uurtjes in restaurant Koekenbier…”

En waar kom jij vandaan Rosalie?

Rosalie: “Ik ben geboren en getogen in Venray. Met drie zussen en twee broers vormde we een groot en hecht gezin. Ik kijk dan ook met warme gevoelens terug op mijn jeugd. Mijn ouders hadden geen raakvlakken met de horeca en ook het eten thuis was vrij standaard, al was het wel compleet. Iedere dag kregen we een soepje vooraf, aardappelen, groenten, vlees en een nagerechtje. Ik genoot van het dagelijkse moment waarbij we met zijn allen aan tafel zaten. Omdat het best veel monden waren die gevoed moesten worden, was er weinig geld over voor hobby’s. Al op jonge leeftijd gingen we naast schooltijden aan de slag. Wie iets extra’s wilde hebben, moest het zelf verdienen. Mijn eerste bijbaantje was in de horeca en dat beviel me erg goed. Vervolgens ben ik dan ook de hotelschool gaan doen…”

 

Lees verder onder de foto:

 

Cees, zou je me wat kunnen vertellen over de periode voorafgaande aan Parkheuvel?

Cees: “Zoals ik vertelde, vanaf jonge leeftijd vond je me in mijn vrije uurtjes bij restaurant Koekenbier. Mijn horecavlam was aangewakkerd! Ik ging vervolgens op de LTS een brood- en banketbakker opleiding volgen. Dat beviel goed. Na het afronden van de ULO die daarop volgde, zocht ik op mijn 19de mijn eerste echte baantje in de horeca. Ik werd tot mijn grote plezier aangenomen in de bediening bij hotel L’Europe. Puur toeval hoor, ik had toen nog geen idee wat voor status zo’n hotel en bijbehorend restaurant hadden. Ik heb daar denk ik een jaar gewerkt, toen werd het tijd voor wat anders. Ik wou eigenlijk met een groep vrienden naar Parijs, maar daar hadden we niet genoeg geld voor. Dat betekende dat ik nog iets harder moest werken en ik ging bij een pannenkoekenhuis aan de slag. Terwijl ik in het pannenkoekenhuis werkte, keek ik verlekkerd naar het naastgelegen kasteel De Hooge Vuursche. Dát was de plek waar ik wou werken. Schijnbaar kon ik erg overtuigend zijn, want twee weken later mocht ik daar werken. Ik liet de pannenkoeken voor wat ze waren en het echte koken kon beginnen…”

 

Cees bleek al gauw talent te hebben! Na zijn periode bij De Hooge Vuursche kwam hij (via een aantal tussenstops) bij restaurant Villa Rozenrust terecht, waar hij al op zijn 27ste zijn eerste michelinster kookte. Een ware mijlpaal! Zijn tweede ster behaalde hij vier jaar later bij restaurant Le Chevalier in Delft. En daar bleef het niet bij. Een jaar lang heeft hij in driedelig grijs bij Kasteel Kerckebosch als directeur gewerkt, tot het moment kwam dat de eigenaar van de Bilderberg groep hem vroeg om restaurant De Beukenhof naar drie sterren te koken. Een uitdaging die Cees aannam, maar vanwege het te krappe budget en teveel achterstallig onderhoud niet kon waarmaken. Hoewel hij het maken van prachtige gerechten goed in de vingers had en veel succes boekte, droomde hij ondertussen van een eigen zaak. Een plek waar hij als eindverantwoordelijke alle beslissingen kon nemen en welke hij helemaal naar eigen smaak kon inrichten. Een plek voor zichzelf. Die droom wist hij niet veel later te verwezenlijken. En dat deed hij niet alleen…

 

Lees verder na de foto’s…

Villa Rozenrust (Foto WIKI)

 

Restaurant Le Chevalier (Foto WIKI)

Cees: “Mijn ontmoeting met Rosalie gaat ver terug. Ik was op dat moment directeur van restaurant De Beukenhof. Ik wilde overal wat van proeven, niet alleen van het koksvak, maar ook de zakelijke kant van een restaurant. En daar hoorde ook het aannemen van personeel bij. Diverse secretaresses en gastvrouwen kwamen en gingen, tot ik van iemand de tip kreeg over ene Rosalie die op dat moment nog in Londen werkte. Er werd een afspraak met haar gemaakt en niet veel later kwam ze, samen met een vriendin voor support, solliciteren. We zaten met zijn drieën aan de tafel in de serre, ik kan me dat nog goed herinneren…”

“Oh echt?” lacht Rosalie, “ik kan me dat veel minder goed herinneren. Ik weet nog wel dat ik aangenomen werd en dat ik erg blij was met mijn nieuwe baan. Cees en ik hadden trouwens niet gelijk een bijzondere klik hoor. Het was geen liefde op het eerste gezicht. Ik vond het een prettige man in de omgang en was graag in zijn gezelschap, maar verder gingen mijn gedachten niet. Tot het moment kwam dat hij zei dat hij zou vertrekken. Ik schrok daarvan. Het idee dat hij opeens weg zou zijn maakte me verdrietig. In de periode dat hij Parkheuvel aan het opzetten was, spraken we regelmatig na het werk wat af om bij te kletsen. Onze band werd steeds sterker en niet veel later ben ik ook bij Parkheuvel gaan werken en kregen we een relatie. Vanaf dat werden we samen het gezicht van Parkheuvel…”

 

Lees verder onder de foto’s

Restaurant parkheuvel

 

Interieur Parkheuvel

 

Cees: “Met Parkheuvel wilde ik mijn grootste droom waarmaken; een eigen zaak op het allerhoogste niveau! Alles was erop gericht om drie sterren te halen. Of het ging lukken was natuurlijk een tweede, maar ik gaf het mijn alles. En niet alleen ik, Rosalie ook! Zes dagen per week werkte we van in de vroege tot in de late uurtjes. Het mocht niet gebeuren dat iemand kwam eten en wij er niet waren. Mensen vragen mij nog steeds weleens -Waar haalde je de inspiratie vandaan?- . Het zat grotendeels in mijn hoofd en daarbij, de weinige keren dat we vrij waren of vakantie hadden, bezochten we steevast andere twee- of driesterrenrestaurants. We zijn de hele wereld afgegaan en hebben de complete World top 50 restaurantlijst afgewerkt. We vonden het prachtig om te zien hoe andere het deden en raakte daar erg geïnspireerd van. Let wel, geïnspireerd, en dus niet kopiëren. Kijk wat een ander doet, proef wat een ander doet, en maak er dan iets eigens van. Ik vond het heerlijk om lekker creatief bezig te zijn in de keuken. Ik was echt een man van de warme keuken, voor de koude kant was ik blij dat ik een patissier had. Ik kon het wel hoor, ik had immers een brood- en banket opleiding gedaan, maar dat zijn de gemakken van een goede keukenbrigade. Delegeren en samenwerken! Met het behalen van de derde ster kwam mijn grote droom uit en de zaak was drukker dan ooit tevoren. Van over de hele wereld schoven mensen aan tafel. Maar liefst 20 jaar lang hebben Rosalie en ik met veel liefde Parkheuvel gerund, toen werd het voor mij tijd om te stoppen. Ik wilde stoppen op mijn hoogtepunt en nu het nog kon genieten van het leven. Ik verkocht de zaak aan Eric van Loo…”

 

Wat doen jullie tegenwoordig in jullie vrije tijd?

Rosalie: “In het begin was dat best moeilijk. Het klonk allemaal zo mooi, stoppen met werken, vrije tijd om leuke dingen te doen, vrienden en familie aandacht geven. Twintig jaar lang hadden we ons leven gegeven aan de zaak en nu zaten we ineens thuis. Voor Cees was dat wat makkelijker. Hij werd regelmatig uitgenodigd om ergens advies of workshops te geven, voor mij was dat heel anders. Na een aantal jaar vond ook ik weer mijn draai. Je moet je leven weer helemaal opnieuw indelen en wennen aan een nieuwe routine. Inmiddels kan ik oprecht zeggen dat ik gelukkig ben met mijn huidige bestaan, maar ik moest wel eerst door een zure appel heen bijten…”

“Ja, voor Rosalie was dat een stuk zwaarder. Ik kook op het moment trouwens niet vaak meer buitenshuis hoor. Thuis wel! Thuis ben ik nog altijd graag de chef, het blijft mijn grote passie, maar buitenshuis kook ik eigenlijk niet meer…”

“Behalve dan af en toe in het buitenland Cees,” vult Rosalie hem lachend aan, “bijvoorbeeld in Singapore of op de Malediven. En wat dacht je van die keer in Thailand bij Henk Savelberg? Daar hebben jullie ook samen staan te koken…”

“Oh ja, je hebt gelijk,” antwoordt Cees, “nou, sporadisch hou ik nog weleens buitenshuis een pannetje vast. Op het moment zijn we beiden meer actief met de Les Patron Cuisiniers bijvoorbeeld. Ik ben daar voorzitter en Rosalie zit in het secretariaat en daar zijn we druk mee. En verder houden we van zeilen. In de zomer vind je ons bijna altijd op het water! Had ik als kind een klein roeibootje tot mijn beschikking, tegenwoordig hebben we een mooi zeilschip en daar genieten we met volle teugen van. Verder zijn we gek op onze hond! We hebben nu weer een jonge labrador, Joy, omdat onze andere hond vorig jaar is overleden. -Kom eens hier Joy!– (op dat moment neemt Cees de jonge labrador op schoot). Onze andere hond heeft nog tot het allerlaatste moment op mijn schoot gezeten hoor! Gek gezicht natuurlijk, zo’n grote hond op schoot. Ik ben gek op honden. Echte knuffelberen zijn het! Je mag trouwens ook wel tuinieren als vrijetijds besteding opschrijven. We zijn allebei gek op tuinieren. Erg ontspannend is dat. De hond die lekker in de tuin loopt, wij een beetje onkruid wieden en stekjes planten, heerlijk vinden we dat…!”

 

Lees verder onder de foto’s…

 

 

Gaan jullie graag op reis?

“Jazeker!” antwoorden ze beiden tegelijk, “we komen net terug van vakantie. We zijn naar Argentinië en Antarctica geweest.  Dat was enorm indrukwekkend om mee te maken! Gletsjers, ijsbergen, pinguïns, noem maar op. En weet je wat vooral veel indruk maakte? Die enorme stilte. Ik kan het niet omschrijven, dat moet je echt zelf ervaren. Je voelt je opeens zo klein wanneer je daar bent. Dit jaar zouden we graag naar Nieuw Zeeland willen, al denk ik dat we daar nog even een jaar mee wachten tot Joy wat groter is. Zuid-Frankrijk daarentegen ligt zeker in de lijn der bedoelingen. Daar huren we graag een huisje. Dat is voor de hond ook ideaal…”

 

Voor welk gerecht kan ik jullie s’nachts wakker maken?

“Vis en kreeft,” antwoordt Cees, “mits perfect bereid! En ik kan je nu al zeggen dat je Rosalie voor een goed stuk rood vlees mag wakker maken…”

“Met een glas rode wijn ernaast,” vult Rosalie lachend aan.

 

Wat voor muziek klinkt hier in huis?

“Rosalie luistert graag naar Radio 2,” antwoordt Cees, “maar zodra ik thuiskom zet ik dat eraf. Ik kan zo slecht tegen dat gepraat tussendoor. Ik zet dan een cd met moderne jazz op…”

 

Cees, heb je nog een boodschap voor de jonge garde?

“Ja, ga zoveel mogelijk uit eten om inspiratie op te doen, maar kopieer nooit! Het is goed om te kijken hoe een ander het doet, gebruik het als inspiratie voor je gerechten, maar zorg altijd dat je je eigen handtekening onder een gerecht kan zetten…”

 

Waar dromen jullie nog van?

“Ik ben gisteren 70 geworden!” antwoordt Cees, “de tijd vliegt. Ik vind het belangrijk dat je stopt met werken terwijl het nog goed met je gaat en niet dat je stopt omdat het moet. Ook dingen als Les Patron Cuisinier. Het is leuk om te doen, maar uiteindelijk zal ik ook daarmee stoppen. Het is nu tijd voor Rosalie en mij om te genieten van de vruchten van ons bestaan. Daar hebben we hard voor gewerkt…”

Kale & de Bril (inclusief delicious foodpics)

Een nieuw restaurant is opgestaan en wel in Goes!
Het restaurant mag dan nieuw zijn, de eigenaren Marc Everse en Niek Traas zijn bepaalt geen onbekenden in het vak.
Niek Traas (31) en Marc Everse (28) hebben elk meer dan 10 jaar ervaring in de tophoreca in verschillende (leidinggevende) functies en hebben vaak met elkaar samengewerkt. Gerenommeerde zaken als ’t Veerhuis in Wolphaartsdijk, de Kromme Watergang in Hoofdplaat en Scherp in Middelburg prijken op hun cv. Tijdens hun gezamenlijke periode bij toprestaurant At Sea op Bonaire ontstonden de plannen voor een eigen restaurant, waarvoor ze het ondernemingsplan ook op Bonaire schreven.
Tijd voor een korte kennismaking met deze twee gedreven jongens!

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories

 

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories

 

Hoi Niek en Marc, leuk jullie te ontmoeten! Kunnen jullie me een beetje wat over je jeugd vertellen en hoe jullie elkaar hebben leren kennen?

“Ik ben geboren en getogen in Heinkenzand,” begint Niek, “dat was toen nog een klein dorpje, inmiddels niet meer. Hoewel ik het geweldig vond om mijn moeder in de keuken te helpen, had ik in die tijd totaal geen ambities om chef te worden. In mijn vrije tijd deed ik veel aan gamen en ik wou dan ook het liefst een soort “game ontwikkelaar” worden. Toen ik wat ouder werd ging ik op zoek naar een aansluitende opleiding, maar die bestond niet echt. Om toch iets te doen ben ik de horeca ingegaan en dat beviel me prima!”

“Ik ben geboren in Biezelinge,” gaat Marc verder, “ik heb daar tot mijn twaalfde gewoond en ben daarna met mijn ouders naar s’ Gravenpolder gegaan. Ik wilde in eerste instantie ook iets met computers doen, maar vond de opleiding te saai. Het is moeilijk om op die leeftijd al een keuze te maken voor de toekomst. De keuze voor een koksopleiding voelde toen nog het meest logisch en ik heb er eerlijk gezegd nog geen moment spijt van gehad! Niek en ik hebben elkaar voor het eerst ontmoet tijdens onze opleiding. We waren toen een jaar of 20 en hadden gelijk een goede klik. Toch raakte we elkaar daarna al gauw weer uit het oog doordat we allebei ergens anders gingen werken…”

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories
Wat amuses om uit te proberen. Van links naar rechts: Vegetarisch spek met sperziebonen en sambalmayonaise, daarnaast een macaron van komijn met oude kaascrème en zoet-zure bleekselderij en tot slot hummes van zoete aardappel met krokante tortilla…

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories

 

 

“Tot ons grote vreugde kwamen we elkaar in Goes weer tegen tijdens onze baan bij brasserie D’Anvers,” lacht Niek, “ik werkte daar op dat moment als zelfstandigwerkend kok en Marc als souschef. Echt lang duurde onze samenwerking niet, want na drie maanden vertrok ik met mijn hele gezin naar Bonaire om daar als chef te werken. En dat beviel geweldig goed! Ik vertelde Marc hoe het leven beviel op Bonaire en een jaar later kwam Marc ook naar Bonaire en werkten we weer gezellig samen…”

“Inderdaad gezellig!” lacht Marc, “voor mij voelde die tijd op Bonaire vooral als een ontspannen periode. Het was spannend om alles achter te laten en met je hele hebben en houwen naar Bonaire te verhuizen, maar het voelde gelijk goed! Mijn vriendin had een jaar werkverlof gekregen en we genoten van het warme klimaat en de prachtige zee. In onze vrije uurtjes droomden Niek en ik van een eigen restaurant. In eerste instantie als een lolletje, maar het werd al gauw serieuzer. We hebben op Bonaire ons ondernemingsplan geschreven en zijn daar in Nederland verder mee aan de slag gegaan…”

 

Hoe voelde het toen jullie je huidige restaurant vonden?

“Spannend!” zegt Niek, “ineens waren we ondernemers! Er kwam in het begin ontzettend veel op ons af en dat was wel even wennen. Dingen waar je je voorheen niet druk om hoefde te maken omdat je in loondienst werkte, werden nu je nieuwe dagelijkse bezigheden. Het moeilijkste was nog om aan personeel te komen. Gelukkig hebben we inmiddels een leuk team om ons heen verzameld!”

Marc: “Het decor is nog van de vorige eigenaar. We hebben het hier en daar een beetje veranderd om het meer eigen te maken, maar het restaurant was eigenlijk klaar voor gebruik, het had alleen twee enthousiaste chefs nodig!”

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories
Gepekelde en lichtgerookte zalmmoot met aardappelcroutons, aardappelsalade, mosterdmayonaise...

 

Kale&deBril, uit eten goes, food love stories
Eend met meerdere bereidingen van pompoen en biet…

 

Waar halen jullie je inspiratie vandaan?

“Ik denk vooral tijdens het reizen,” antwoordt Niek, “of via Instagram. Natuurlijk ook tijdens het uit eten gaan, al hebben we daar op het moment eventjes weinig tijd voor…”

“We hebben om de twee weken een nieuwe menu,” zegt Marc, “ik heb er persoonlijk een hekel aan wanneer ik ergens kom en ik twee keer hetzelfde gerecht krijg. Dat deden we ook op Bonaire. Elke twee weken hadden we weer een ander menu. We hebben nog zoveel gerechten in onze hoofd zitten, daar kunnen we nog jaren mee vooruit!”

 

Waar gaat jullie eerstvolgende reis naar toe?

Niek: “Spanje! Ik ben echt gek op Spanje. Alles klopt in Spanje, het lekkere eten, het warme weer, de gastvrije mensen, heerlijk!”

Marc: “Ik ga samen met mijn vriendin naar de camping van haar ouders in Zuid-Frankrijk. Zij hebben daar een stacaravan staan. Dat is een stukje jeugdsentiment van mijn vriendin. Wanneer we daar zijn neem ik haar ook even mee naar de camping waar ik in mijn jonge jaren vertoefde, zo’n 100 kilometer verder, dat is mijn jeugdsentiment. Het wordt dus een nostalgisch reisje. De hond Pepper gaat ook mee!”

 

Waar zien jullie jezelf op je 65ste?

Niek: “Op een hangmatje in de Bahama’s! Nee hoor, grapje. Ik zou wel een kleine B&B in Spanje willen hebben tegen die tijd. Klein restaurantje erbij. Het lijkt me heerlijk om daar oud te worden…”

Marc: “Dat is voor mij nog veel te ver weg om over na te denken. Ik leef op dit moment mijn droom, wat de toekomst brengt zie ik dan wel weer. Het buitenland zal altijd wel blijven trekken aan me, dus wie weet. Stilzitten is sowieso niks voor mij…”

 

Restaurant Kale & de Bril
Piet Heinstraat 3A
4461 GL Goes
Website: www.kalebril.nl
Facebook: @kalebril

 

 

 

 

Justine Anthonisse: Op mijn veertiende kwam mijn vader naar me toe met de mededeling dat hij een leuk bijbaantje voor me had gevonden

LEER MIJ DIE CHEF KENNEN!

Naam: Justine Anthonisse (bijnamen Thijntje, Tiny of Tinus)
Leeftijd: 27
Functie: Souschef De Landbouw Wassenaar

Hoi Justine! Leuk je te ontmoeten! Hoe ben je het horecavak ingerold?

-Op mijn veertiende kwam mijn vader naar me toe met de mededeling dat hij een leuk bijbaantje voor me had gevonden, namelijk als keukenhulp bij zijn favoriete stamkroeg Hof van Holland in Tholen. Hoewel ik toen nog geen ambitie had om ooit chef te worden, beviel het me goed in de keuken en mijn interesse was gewekt. Zodoende ben ik op latere leeftijd aan mijn koksopleiding begonnen. Eerst in Bergen op Zoom niveau 2 en 3 en vervolgens in Rotterdam op de Zadkine niveau 3 en 4. Ik heb in die periode in diverse restaurants gewerkt, waaronder Zeezout in Rotterdam, Calla’s in Den Haag, Moerstede in Bergen op Zoom, Ivy in Rotterdam en Maxime in Den Haag. Een behoorlijke waslijst als je het zo opnoemt! Inmiddels heb ik mijn opleiding volledig afgerond en ben ik gespecialiseerd kok en in het bezit van mijn SVH diploma en leermeesterpapieren…

Hoe vind je het om bij De Landbouw Wassenaar te werken?

-Super gaaf! Ik heb echt ontzettend veel geleerd bij De Landbouw en me ontwikkeld als leidinggevende. Als leidinggevende vrouw is het niet altijd even makkelijk in de keuken. Het is en blijft een mannenwereld en ik heb mezelf echt moeten bewijzen, maar inmiddels ben ik one of the guys! Ik vind het fantastisch om leerlingen te begeleiden. Ze zijn vaak erg eigenwijs en ik herken veel van mezelf daarin toen ik jong was. Het geeft veel voldoening om ze te zien groeien en ontwikkelen. Ze gaan hier ook altijd op een goede manier weer weg. Dat vind ik erg belangrijk…

Waar kom je vandaan?

-Ik kom uit Tholen en ben een echte Zeeuw! Ik zeg dat graag tegen iedereen die het horen wilt en ben wat dat betreft echt trots op mijn roots. Ik heb daar een super leuke jeugd gehad. Mijn familie is erg close en we hebben het altijd gezellig. Toen ik jong was had ik veel vrienden en vriendinnen en in onze vrije tijd vonden we het heerlijk om naar het strand te gaan of om thuis op de bank een filmpje te kijken. Daarnaast waren we ook veel op het water te vinden dankzij de boot van mijn ouders. Ik weet niet of het aan mijn sterrenbeeld ligt, ik ben een vis, maar ik ben echt gek op alles wat met water en vissen te maken heeft. Momenteel woon ik in Scheveningen ook weer bewust aan het water en heb ik een kleine sloep om mee te varen…

Ga je weleens op reis?

-Ja hoor, zeker weten! Al ben ik voornamelijk nog binnen Europa geweest. Mijn verste reis ooit was naar Suriname. Ik heb daar een vriendin bezocht die daar werkt. Dat was erg indrukwekkend om mee te maken. Verder droom ik ervan om ooit nog eens naar de Britse Maagdeneilanden te gaan. Dat lijkt me zo onwijs mooi! Mijn ouders zijn net terug van hun vakantie naar de Britse Maagdeneilanden en mijn zus en zwager hebben er vorig jaar een zeiltrip gemaakt. Wanneer ik de foto’s bekijk en de verhalen hoor begint het echt te kriebelen van binnen! Verder zou ik ook ooit nog eens naar de Filipijnen willen. Ik ken dankzij een goede vriend van mij veel Filipijnse mensen en ze zijn ontzettend gastvrij en hartelijk. Hun openheid en eerlijkheid raakt me echt! Ik zou ze graag ooit eens in hun eigen thuisomgeving willen meemaken…

 

Heb je nog hobby’s naast je werk?

-Ik vind het leuk om thuis op de bank met vrienden een filmpje te kijken of om met goed weer een stukje te varen met de sloep! Daarnaast ga ik af en toe golfen met mijn vader en zwager, maar dat gaat me over het algemeen niet zo best af. Wat kan ik zeggen, ik ben beter in varen…

 

Nog even een smakelijke vraag: voor welk gerecht mag je jouw wakker maken?

-Spaghetti bolognese en schelp en schaaldieren!

 

Tot slot, kun je iets noemen waar je trots op bent?

Dat ik mijn acute reuma heb overwonnen! Een aantal jaar geleden werd ik plotseling ernstig ziek. Het gebeurde tijdens zo’n restaurantactie periode en het was enorm druk op het werk. Ik voelde me al een poosje niet zo lekker, maar bleef toch doorwerken. Op een bepaald moment kreeg ik zelf koorts en moest ik worden opgenomen in het ziekenhuis. Ik bleek acute reuma te hebben, een ontsteking van de bloedvaten. Ik kreeg prednison om de symptomen te onderdrukken en kwam in korte tijd 30 kilo aan. Dat was erg heftig om mee te maken, vooral ook omdat ze niet gelijk doorhadden wat er aan de hand was. Het heeft zeker twee jaar geduurd om daar overheen te komen. Inmiddels ben ik weer helemaal de oude, die 30 kilo is gelukkig ook weer weg. Een hele opluchting! Toen het weer beter met me ging, ben ik gaan solliciteren bij De Landbouw, de plek waar ik nu dus alweer 2,5 jaar met veel plezier werk! Buiten het feit dat ik het hier enorm naar mijn zin heb, betekent De Landbouw voor mij met recht een nieuw begin en dat is iets waar ik zeer dankbaar en trots op ben…

 

Justine Anthonisse (souschef De Landbouw)

Keng Vichianrat en Joris Hogervorst: What doesn’t kill you makes you stronger!

Ik ben gek op het interviewen van kookhelden!
Of het nu kookhelden zijn die inmiddels al klaar zijn met koken of kookhelden die nog volop bezig zijn of juist de jongere garde die hopen ooit kookhelden te worden, ik vind het allemaal leuk.
Een kookheld worden doe je niet zomaar.
Even een beetje lantefanteren en maar hopen dat het succes vanzelf jou kant opkomt is niet de juiste strategie.
Nee, het is keihard werken om daar te komen en onderweg vallen soms rake klappen van de zweep.
Daar weten de kookhelden bij La Rive alles van!
Vandaag ga ik een kookheld in de bloei van zijn leven en een jonge toekomstige kookheld to be interviewen.
Restaurant La Rive is één van de betere restaurants van Amsterdam, met aan het roer Executive Chef Roger Rassin.
Ik ga kennismaken met twee passievolle chefs en een aantal signature dishes van Chef de Cuisine Keng Vichianrat…

Namen: Keng Vichianrat (36) en Joris Hogervorst (22)
Functie: Chef de Cuisine en Chef de Partie restaurant La Rive

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
De twee talenten uit dit verhaal! Links Keng Vichianrat en rechts Joris Hogervorst

 

Hoi Keng en Joris! Leuk jullie te ontmoeten! De entree van het Amstel Hotel is echt schitterend! Wat een gave locatie om te werken.Hoe voelt dat voor jullie? Zijn jullie nog iedere dag onder de indruk van het Amstel Hotel of wen je hieraan?

“Ik voel me nog elke dag een bevoorrecht mens!” lacht Keng, “natuurlijk wen je er wel aan, maar ik vind het nog steeds bijzonder mooi…”
“Ik ook!” lacht Joris, “de eerste keer dat ik hier binnenkwam was ik verbluft door de schoonheid van het gebouw. Ik had het al vaak genoeg van de buitenkant gezien, maar had geen idee dat het zo mooi zou zijn aan de binnenkant…”

 

Kunnen jullie me wat over jullie jeugd vertellen? Waar komen jullie vandaan?

“Ik kom oorspronkelijk uit Thailand,” vertelt Keng, “ik heb daar een gelukkige jeugd gehad. Ik zal niet zeggen dat mijn jeugd in het teken van eten stond, maar het speelde absoluut een belangrijke rol. Ik vond het altijd heerlijk om naar mijn oma te kijken wanneer zij aan het koken was. Ze kon enorm goed koken! Op schoolreisjes vond ik het leuk om voor mijn klasgenoten te koken en vroeg mijn oma dan om advies. Lekker op een kampvuurtje kokkerellen, geweldig vond ik dat. Ik was toen 12 denk ik. Mijn moeder werkte in die tijd als gids bij een toeristenbureau waarvan mijn stiefvader de eigenaar was.  Hij kwam uit Nederland en op mijn 17de zijn we met het hele gezin naar Nederland verhuisd. In het begin was dat best zwaar. Ik had veel moeite met de Nederlandse taal, maar gaandeweg ging dat steeds beter. In die tijd skate ik veel en ik had veel skater vrienden. Zij hebben me goed op weg geholpen met de taal…”

“Ik kom uit Nieuw Vennep,” gaat Joris nu verder, “als je het mij vraagt ben ik geboren voor het koksvak. Toen ik drie jaar oud was had ik mijn eigen speelgoedkeukentje en deed ik net alsof ik een chef was. Prachtig vond ik dat. Toen ik wat ouder was mocht ik mijn oma vaak helpen in de keuken en gingen we samen koken. Mijn ouders hielden van uit eten gaan. Het zijn net als mij echte lekkerbekken. Één van de restaurants waar we regelmatig kwamen was De Rozeboom in Leimuiden. Het viel de gastvrouw op dat ik al een erg ontwikkelde smaakpallet had voor mijn leeftijd en dat vond ze erg bijzonder. Zo begon onze vriendschap. In eerste instantie mocht ik weleens een dagje meelopen in de keuken en ik vond dat enorm fascinerend om mee te maken. Later ging ik in de vakanties daar werken. Ze leerden me erg veel en namen me ook regelmatig mee op stap. Iets waar ik ze nog steeds dankbaar voor ben. Het eerste jaar van mijn opleiding heb ik dan ook daar gevolgd…”

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
De liefde voor het vak zat er al vroeg in bij Joris Hogervorst

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Joris Hogervorst nu…

 

Hoe zijn jullie bij La Rive terecht gekomen?

“Voor mij is dat inmiddels alweer negen jaar geleden,” begint Keng, “toen wij net naar Nederland kwamen was mijn eerste bijbaantje afwasjongen bij ‘t Luykje in Soest. Ik sprak nog niet goed de taal toen. Ik wist wel gelijk al dat ik chef wilde worden en ben toen in Nieuwegein een koksopleiding gaan volgen. Het theoretische gedeelte was nog best pittig, maar dankzij de combinatie met de praktijk leerde ik al snel steeds beter de Nederlandse taal. Mijn grote leermeester in die tijd was Bruno Vitalli! Een groot deel van mijn opleiding heb ik bij hem gevolgd. Nadien heb ik ook nog een paar maanden bij Bloks gewerkt. In de tijd dat ik daar werkte zocht Roger Rassin een nieuw keukenteam voor bij La Rive. Ik droomde ervan om in een sterrestaurant te werken en heb hem een open sollicitatie gestuurd. In eerste instantie werd ik per abuis door de chef van de brasserie geïnterviewd. Ik begreep er niks van. Voordat ik naar het sollicitatiegesprek ging had ik op internet nog uitgezocht wie Roger Rassin was en vergeleken met de foto’s was hij plotseling wel heel erg groot geworden zeg maar. Pas na een kwartier kwam ik erachter dat het Roger helemaal niet was! Iets waar we nu nog steeds om kunnen lachen wanneer we elkaar op de werkvloer tegenkomen…”

“Mijn opleiding was voor een groot gedeelte bij De Rozeboom,” gaat Joris nu verder, “tussendoor heb ik nog een korte stage gelopen bij mijn favoriete bistro Jacques in Nieuw Vennep. Het laatste jaar van mijn opleiding liep ik stage bij restaurant Long Island. Die chef inspireerde mij om op hoog niveau te werken. Hij kwam zelf bij La Rive vandaan en vertelde er mooie verhalen over. Zodoende droomde ik ook om bij La Rive te werken en heb ik gesolliciteerd. De eerste keer dat ik bij het Amstel Hotel binnen kwam was ik enorm onder de indruk. Ik kon me haast niet voorstellen dat dit mijn nieuwe werkplek zou kunnen worden. Toch gebeurde het. Ik ben begonnen in de brasserie en werk nu inmiddels alweer drie jaar als chef de partie in de keuken van La Rive…”

 

Lees verder onder de foto’s…

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Tijdens het interview maak ik kennis met een aantal amuses en gerechtjes van Keng Vichianrat zijn hand…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Amuses: ‘Kipsaté’, om precies te zijn krokante kippenhuid in tempura, pindasaus en huisgemaakte atjar van spitskool en daarnaast een kalfslever mousse met een stukje gestoofde peer, specerijen en een brioche…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Even proeven… Lekker!!

 

Dat waren echt verrukkelijke amuses! Dankjewel. Hebben jullie nog hobbys naast het werk?

“Darten!” zegt Keng lachend, “ja echt, darten. Eigenlijk zijn kookwedstrijden mijn grote hobby, maar ik heb inmiddels alles gedaan wat je kunt doen en het is nu tijd voor iemand anders om in de spotlight te staan. Iets waar ik heel trots op ben is bijvoorbeeld het winnen van de Wynand Vogel Bokaal of de Gouden koksmuts! Hoewel ik nu niet meer zelf actief aan wedstrijden zal meedoen, vind ik het begeleiden van jong talent ook erg leuk om te doen. Als ik zie dat iemand heel graag aan een wedstrijd mee wilt doen en het echt in zich heeft, dan zal ik hem of haar daar zeker bij helpen! Toen ik net kwam werken bij La Rive was Roger mijn grote rots in de branding. Hij heeft mij ontzettend veel geleerd en altijd enorm gesteund tijdens de wedstrijden. Hij heeft me echt gevormd en is een vaderfiguur voor mij geworden. Ik vind het mooi als ik nu hetzelfde voor iemand anders kan betekenen…”

“Ik kook thuis ook graag,” gaat Joris nu verder, “ik vind het leuk om voor vrienden en familie te koken en zie dat zeker als mijn hobby. Daarnaast doe ik samen met mijn vriendin ook veel aan sporten. Ik vind het fijn om fit te zijn en dat heb je ook wel nodig als je in de keuken werkt. Werken met Keng is erg fijn en zijn passie voor kookwedstrijden heeft me zeker aangestoken. Als ik zijn verhalen hoor begint het vanbinnen te kriebelen bij mij. Ik heb pas twee keer aan een kookwedstrijd meegedaan en heb zelfs in 2016 de AEHT voor de European Decatlon in Londen gewonnen, maar toch voelde het niet als iets wat ik graag vaker wou doen. Maar nu, met de wetenschap dat Keng achter me staat, wil ik het toch weer gaan proberen…”

 

Lees verder na de foto’s

Keng tijdens het winnen van de Gouden koksmuts… (Foto Food Reporter)

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Lucky me, we gaan nog even verder met proeven…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Zeetong filet met daartussen gerookte paling, bloemkool en kombucha…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Het gerecht wordt aan tafel overgoten met een saus getrokken van de zeetong graat. De hele vis wordt gebruikt…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Nu gauw proeven!! Heerlijk! De rooksmaak van de paling geeft het gerechtje mooie diepgang. De schuimende saus is gevaarlijk lekker! Het kannetje bleef op tafel staan en die was leeg toen de bordjes werden afgeruimd…

 

Dat was echt een prachtig gerecht jongens! Over gerechten gesproken, een onderwerp wat menigeen bezig houd, het wegvallen van de ster. Hoe gaan jullie daarmee om?

“Het wegvallen van de ster was erg pijnlijk,” vertelt Keng, “ik kan me nu natuurlijk groot houden en zeggen dat het me niks doet, maar dat is niet waar. Het was een enorme klap voor het hele team. De eerste maanden na het wegvallen van de ster twijfelde ik erg aan mezelf. Wat had ik fout gedaan? Hoe had dit kunnen gebeuren?? Ik ging alles in mijn hoofd nog eens na om ergens iets te vinden wat niet klopte, maar kon niks vinden. Op een bepaalt moment moest ik het loslaten. In het restaurant zaten nog steeds onze vaste gasten en die waren nog altijd lyrisch. Sterker nog, het werd al gauw drukker dan ooit! Van heinde en verre komen mensen langs om ons een hart onder de riem te steken. De reviews op Tripadvisor zijn buitengewoon goed. Niemand snapt waarom we geen ster meer hebben en als niemand het snapt, hoe moet ik het dan wel snappen? Nu, bijna een jaar later kan ik alleen maar zeggen dat het me een nieuwe impuls heeft gegeven. Ik heb mezelf weer opnieuw uitgevonden en samen met Roger zijn onze gerechten nu beter dan ooit tevoren. Voor de ster doen we het niet meer. Tenminste, we koken voor de gasten, dat is waar het uiteindelijk toch allemaal om draait. Ik kan in alle eerlijkheid zeggen dat het lezen van prachtige reviews op internet me meer doen dan het hebben van een zogezegde ster. Ze zeggen what doesn’t kill you makes you stronger en dat is in dit geval absoluut waar! Het heeft me volwassen gemaakt. Ik durf nu met volle overtuiging te zeggen ‘dit is wie ik ben en dit is wat ik kan en daar ben ik trots op!’ en dat kan een Michelin me niet afpakken…”

“Tegenwoordig kunnen we er zelfs om lachen,” voegt Joris er aan toe, “wanneer de druk in de keuken weer eens hoog is zegt Keng graag ‘Relaxed jongens, we zijn geen sterrenrestaurant…‘ en dan liggen we allemaal in de deuk. Overigens is relaxen er hier echt niet bij hoor! Ik kan me die dag trouwens nog goed herinneren. Ik was op school toen ik ineens het bericht kreeg dat de complete keukenbrigade zich moest verzamelen bij La Rive. Het was de dag van de Michelinuitreiking. Zenuwachtig haaste ik me op de fiets naar het restaurant. De voorgaande jaren werd er heel anders gereageerd op de uitreiking van de ster, waarom nu dan zo? Zouden we misschien een tweede ster erbij hebben gekregen? Dat is natuurlijk wel groot nieuws! Logisch dat iedereen zich dan moet verzamelen. Vol verwachting ging ik naar binnen om niet veel later gedesillusioneerd weer naar buiten te gaan. Toch vind ik het bewonderenswaardig om te zien hoe Keng en Roger hiermee omgaan en ik ben er dan ook trots op dat ik hier mag werken. Ster of geen ster!”

 

Lees verder onder de foto’s

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Ennnn…actie!! ?

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
WOW!! Wat ziet dat er mooi uit! Is dit een engeltje op mijn bord? Nee, bijna! Het is Anjou duif met Cevenne, zonnebloempit, gekonfijte ui met daarbinnen een compote van ui, uiencrème en gekonfijte duivenbout. Daar bovenop zoetzure mosterdzaad. En natuurlijk courgette…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Aan tafel opgeschonken met een heerlijke jus…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Hulde hulde hulde!! Dit duifje smelt op de tong!! Zou hier het spreekwoord vandaan komen ‘alsof er een engeltje over je tong heen piest…’? Het heeft er wel alles van weg!

 

Even een korte vraag: maken jullie weleens een reisje?

“Zeker weten,” lacht Keng, “de eerste jaren in Nederland had ik best last van heimwee naar Thailand. Dat gevoel is gelukkig in de loop der jaren wel overgegaan, maar ik ga graag één keer in de twee jaar op vakantie naar Thailand. Al mijn familie en vrienden wonen nog daar. Trouwens, het eten is daar ook erg lekker!”

“Ik maak graag stedentrips,” zegt Joris, “één van mijn laatste stedentrips ging naar Parijs. Mijn vriendin werkt ook in de horeca en we vinden het erg leuk om de eetcultuur in andere landen te ontdekken. We zijn dan ook al naar verschillende restaurants in het buitenland geweest. Onze volgende reis is trouwens ook naar Thailand!”

 

Lees verder onder de foto’s

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
We sluiten af met een meesterlijk dessert…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Chocolade scrabble…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Souschef Emiel Kwekkeboom krijgt de eervolle taak een cannelle aan tafel te maken…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Joris legt er op zijn beurt nog een vijg naast…

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Nu moet je weten, ik ben geen groot liefhebber van chocolade. Maar dit! Elk blokje chocola is zo zacht! Zodra ik een blokje op mijn tong leg smelt het uit elkaar. Zoet, zacht, romig… Mijn god! Hemels!!

 

Keng Vichianrat, Joris Hogervorst, La Rive, Food love stories
Vooruit, laat me nog gauw even zeggen wat het is: allereerst warme vijgen uit de oven en een cannelle van steranijs roomijs. Daarnaast zitten er in de chocoladeblokjes verschillende structuren van vijgen en heeft elk blokje zijn eigen subtiele, of moet ik zeggen, sublieme smaak! Deze chocoladedroom laat goed zien wie Keng is! Hij houd ervan de gasten te verrassen met zijn bijzondere creaties…

 

Wat een afsluiter!! Laatste vraag dan: waar dromen jullie nog van? Zit er misschien een eigen restaurant in hier of daar?

“Nee, geen eigen restaurant,” lacht Keng, “ik heb een collega van mij dat zien doen en als ik zie wat daar allemaal bij komt kijken dan hoeft dat niet voor mij. Daarentegen bewonder ik Roger Rassin enorm en zou ik ooit nog wel net als hem ergens als executive chef of signature chef willen werken. En mocht dat restaurant dan dankzij mijn gerechten een ster krijgen zou ik dat stiekem toch wel heel erg leuk vinden…”

“Ik hoop nog wel ooit een eigen restaurant te krijgen,” zegt Joris enthousiast, “niet hier in Amsterdam hoor. Ik vind het leuk om nu in Amsterdam te wonen, maar vanbinnen ben en blijf ik een echte plattelandsjongen. Dus mijn toekomstige restaurant zou ook ergens buiten Amsterdam moeten zijn. Mooie, eerlijke gerechten van hoog niveau met een toegankelijk karakter…”

 

Aller-allerlaatste vraag: Keng, wat ga jij doen 11 december tijdens de Michelinuitreiking?

“Ik ga lekker ergens lunchen met Roger! Heb ik nu al zin in! Santé!”

 


 

Wil jij zelf een keer de gerechten van deze kookhelden proberen?
Dat kan! Ik ga je vertellen waar je moet zijn:

Restaurant La Rive
Professor Tulpplein 1
1018 GX Amsterdam ☎︎020-520 3264

www.restaurantlarive.nl